Tasmanië 2011

Honeymoon bay in Freycinet Nationaal Park


Auckland - Melbourne - Launceston, 30 augustus

Een dagje vliegveld vandaag.
Om 03.55 uur wakker en om 04.15 uur staat de taxi al voor de deur. Bij het inchecken ben ik weer ongelofelijk lomp om iets over traangas te zeggen. De afgelopen 10x heb ik gevlogen met een schattig paars busje 'mace' in mijn tas. Geen haan die er naar kraaide. En ben ik weer zo aardslomp om er iets over te zeggen. ... In beslag genomen dus.. Sucks.. Verder gezeten, gewacht, gelezen, geschreven, gekeken en verder gewacht. Ik mocht het land iniedergeval weer in. Mezelf een beetje ingelezen in 'Tassie'. Heb verder nog niets geregeld. Geen hostel, geen auto, geen vervoer. We zien het allemaal wel als we er zijn. Aangekomen bij de bagage band in Launceston heeft de snuffelhond mijn tas eruit gepikt. Ik zal het maar heel eerlijk opbiechten.. Ik ben drugshandelaar en had nog wat coke in de tas zitten. 'Oh, de hond zoekt alleen op etenswaren?' Niets gezegd.

Launceston, 31 augustus

Al kan ik niet wachten om er vandaag al op uit te gaan, bedenk ik me dat het slimmer is dat ik eerst een plan de campagne maak voor mijn trip in Tassie. Als ik vandaag alles uitdenk scheelt me dat waarschijnlijk kilometers... dus geld. Ik haal al mijn verzamelde informatie over het eiland bij elkaar en scheur uit een tijdschrift een kaart van Tasmania. Ik noteer waar wat te zien is en waar eventueel te overnachten zodat ik alles precies in mijn 10 dagen gepropt krijg. Ik informeer bij verschillende autoverhuur bedrijven, check de bus maatschappijen en ga bij het toeristen informatiepunt navraag doen of ze me nog meer kunnen vertellen, dan dat ik al weet. De zunige Zeeuw die ik ben, loop ik weer over straat met mijn I-padje om een onbeveiligd internet netwerk op te snorren. En hoe perfect kan het zijn als een bedrijfje net tegenover het park met wat bankjes in de zon dit heeft? Ik regel een auto bij de Budget voor morgen en ga daarna op mijn gemakje een rondje door de stad heen lopen gevolgd door een flinke wandeling naar de Cataract Gorge. Australie heeft op èèn of andere manier toch een negatief gevoel achter gelaten. Natuurlijk heb ik mijn hart verloren aan New Zealand maar dit mag er niet voor zorgen dat ik bij de eerste 24 uur hier, meteen alles afkeur of ga vergelijken. Ik moet van mezelf neutraal tegen over dit aparte stukje Australisch land staan. De wandeling langs de gorge is niet zo mooi als verwacht. Het water is bruin, de bomen zijn donker groen en het bos is grijs. De auto stand van de camera voldoet niet om mooie plaatjes te schieten. De kleuren zijn te saai. Het niet vergelijken, met de fel groene kleuren waar ik net vandaan kom, is moeilijker dan ik dacht.
Een coocabarra zit in de boom zijn eigen lied te zingen. Op de terugweg kom ik idyllische  B&B's tegen en hippe restaurants. Beide passen op het moment niet in dit leven maar ik begin er aan te wennen. Keurig bijgehouden Victoriaanse huizen staan op een rij, in verschillende pasteltinten. In het Launceston backpackers terug aangekomen huur ik de film; 'sociale network' en bekijk die met de hostel kat Fuji, die zeker 3 kilo te zwaar is, tegen me aan gerold.

Tamar Valley, 1 september

Go Green! Mijn nieuwe Nissan Micra fleurt meteen alle wouden op waar ik doorheen ga rijden. Het doet bijna zeer aan je ogen, hoe groen deze auto is, Kermit is er niets bij. De schaamte om in een lelijke auto te rijden heb ik (n)ooit gehad. Afgezien van dat, weet ik natuurlijk wat ik mooi vindt en wat niet. De Micra valt natuurlijk niet in de eerste categorie maar is naast de kleur zeker zo efficiënt als een hybride en dus 'beter' voor het milieu.  En daar doen we het natuurlijk voor. Dit keer wordt het luxe rijden, een automaat. Ik vertrek naar mijn eerste bestemming: de Lilydale watervallen. Ik heb me even snel ingelezen in 'betere' foto's maken van stromend water, dus loop even later als een semi-pro met mijn 3 poot door de modder te baggeren, richting de eerste waterval. En verrek het werkt nog ook! Nadat ik 2 dozijn doodgereden Wallibies heb geteld, 8 platgereden possems, 5 dode konijnen, een dode rat en nog heel wat andere ondefinieerbare bontjes op het asfalt heb gezien, weet ik weer waar een deel van die negatieve associatie vandaan komt. Het gaat me echt aan mijn hart om deze hoog-knuffel-gehalte dieren dood te zien. Ik rij verder naar George Town en het laatste stukje verder naar de noordkust, Low Head. Er rijden allemaal super gepimpte auto's rond. Als ik bij een heritage site met oude huizen een klein koffie zaakje vindt, wordt ik door één van de bestuurders aangesproken. Ze komen allemaal van het 'vasteland' en doen een liefdadigheid rit voor gehandicapte kinderen. Er rijdt een brandweer wagen vol met bier mee, een Tasmanian Devil Loney Tunes nog groener dan mijn auto en een wagen die bestuurd wordt door een stel mannen in pinguinpak is niet ongewoon. Ik rij een stukje van de route terug om de Batman brug over te steken. De eerste in zijn soort die door 1 metalen arm omhoog wordt gehouden. Via de andere kant van de rivier rij ik weer omhoog waar ik een korte picknick stop houdt bij Yorktown. Het eerste settlement dorp van Tasmania. Er is niet veel meer over van de plek, anders dan wat stenen muurtjes en wat informatie. Ik wil eigenlijk nog een bezoek brengen aan Liffey fall richting Cradle Mountain. De zon gaat hier altijd zo vroeg onder en ik ga het helaas niet meer redden. Misschien aan het einde van mijn trip.

Bay of fires - Bicheno, 2 september

Ik schiet pas om 9 uur wakker. Ik had zo in de planning dat ik vroeg zou vertrekken vandaag. Dat gedeelte van het plan komt dus te vervallen, hoop dat ik de rest wel haal. Ik volg de A3 naar het oosten. Al snel rij ik in het Bass forrest en rij weer door een typisch Australisch woud. Helaas zijn daar de eerst doodgereden wezentjes al weer. Een grote wombat (en die zijn zo schattig!) ligt op zijn kant. Helaas kom ik er nog 2 tegen :(. Om van de Wallibies maar niet te spreken. Bij een bordje Hall falls neem ik de afslag om een korte wandeling van 2 km naar de waterval te maken. Onderweg kom ik een oudere man tegen die meteen zijn camera onder mijn neus schuift om te laten zien wat voor foto's hij heeft gemaakt. Meteen een heel verhaal en ik krijg zijn visite kaartje in mijn handen gedrukt. Bedankt. Na weer een fotosessie verder en heel wat probeersels met de camera stap ik in de auto richting de Bay of Fires. Voordat ik daar ga kijken lijkt het me slim om in St. Helens, waar ik wil overnachten, een bed te regelen. Helaas is het ene hostel met een winterslaap en de andere is opgedoekt. Het hotel wat het stadje rijk is kan me een goedkope kamer aanbieden van 60 dollar. Tja, iets te duur. Misschien..... in de auto slapen?..  Ik snuffel even door de LP om te kijken welke gehuchten in de regio over goedkope accommodatie beschikken. Bicheno is de eerste die ik tegen kom en dat komt mooi uit want die hebben pinguïns. Dat stond al gemarkeerd op mijn kaartje. Goed, plan b is verzonnen. Plan c trouwens ook en dat is ècht in de auto slapen. Ik ga richting 'the bay' en mijn eerste stop is Binalong Bay. Het uitzicht is mooi. Het zand is net zo wit als bij de Whitsundays en maakt hetzelfde geluid als je je voeten niet optilt. Het water is licht groen. Al ziet de kleur er heel aantrekkelijk uit, het is nog veel te koud om een duik te nemen. Dus op naar het volgende strand. Hier een kreekje met bruin water en uitgesleten zand duinen. Grote rotsen met rood mos, domineren het uitzicht. Ik ben op zoek naar een uitgesleten klif met beige gekleurd steen. Ik heb ergens een foto gezien en dacht dat het hier ergens in de buurt was. Dus, weer verder, op zoek naar dit uitzicht. Als ik over de rotsen klauter, wordt ik aangesproken door een een man die daar zit. Hij hupst als een berggeit over de rotsen naar me toe. Zijn naam is André en komt oorspronkelijk uit Duitsland. Hij woont in zijn caravan met tent naast zijn oude vw busje boven op de klif. Hij heeft een fantastisch uitzicht. We kletsen wat, hij geeft me wat aanwijzingen waar de mooiste uitzichten zijn en later is het weer tijd om te gaan. Ik ga naar Bicheno. (zonder mijn gezochte rots te vinden) Dat is denk ik een goede plaats om een overnachting plekje te zoeken. Ik moet vol in mijn remmen voor een overhupsende kangeroe. Hij komt dan ook van rechts. Aangekomen bij het hostel moet ik een nummer bellen. De eigenares/receptioniste is er over 2 uur. Ik heb dus nog even de tijd om pinguïns te spotten die hier schijnbaar rondlopen. Tegen het vallen van de avond loop ik over gekleurde rotsen, te loeren naar die kleine blauwe wezens. Ik zie ze niet maar de witte uitwerpselen verraden dat ze hier zijn, ergens. Als het echt donker wordt en ik alleen nog maar konijnen heb gespot zie ik in het licht van mijn koplampen een raar vogeltje. Yep, dat is er een. Een stukje verderop nog een en als ik omdraai om er hopelijk nog een te zien wordt ik voor mijn geduld beloond. Dat is de laatste voor vandaag. Tijd om een potje warm eten te bereiden en hopelijk in te checken voor een warme kamer voor vannacht.

Freycinet National Park - Wineglass bay, 3 september

In mijn privé kamer in de Backpackers wordt ik wakker van het gestommel van een van de andere 8 gasten die er verblijven. Het is rond een uur of half 7 maar ik ben klaar wakker. Om 8 uur zit ik al weer bepakt en gezakt in de auto om richting het Freycinet park te rijden wat bekend staat om haar fotogenieke Wineglass bay. Bij aankomst blijkt het beste uitkijkpunt hierop te zijn afgesloten ivm werkzaamheden. Ik maak een korte wandeling naar cape Tourville met een oude vuurtoren. Maak een korte stop bij Sleepy
 bay en ga langs bij Honeymoon bay. Ik heb geen zin om een lange wandeling van 2 uur in mijn eentje te maken dus besluit om verder te reizen. Ik rij voorbij een jongen die met een flinke tas en wat camping spullen op zijn rug loopt. Als ik voorbij rij, steekt hij het bekende duimpje op en ik stop om te vragen waar hij heen gaat. Hobart is het antwoord. Ik weet niet of ik daar vandaag of morgen zalaankomen maar hij is welkom om zover mee te rijden als hij wil. Zijn naam is Greg (afgekort) en woont in Parijs. Als lifter is hij erg flexibel en besluit dan ook met mij een korte wandeling naar de Friendly Beaches te maken. Door een wildernis van duinstruiken komen we dichterbij het witte zand, wat bijna oogverblindend is in de lentezon. Het water is groen-blauw maar ook hier helaas te koud om te pootje baden. Na heel wat gesprekken verder blijkt dat we onze beider reis op elkaar kunnen afstemmen. Zo besluiten we in Orford, Maria eiland over te slaan. Waar helaas wel net die uitgesleten klif met die beige stenen is, waar ik naar op zoek was. We maken een stop in Sorell waar hij zijn eerste warme maaltijd na 6 dagen kamperen in de wildernis tot zich neemt en maken wat foto's bij Eaglehawk neck. Daar bevindt zich namelijk Devils kitchen en Tasmans Arch. Ook dit stukje van Australië lijkt te zijn bezocht door buitenaardse wezens, net als de tekeningen van de aboriginals in Kakadu. Een soort van egel steekt aan het eind van de dag als bonus over. Eindelijk hebben we een plek gevonden om te overnachten, op een camping in Port Arthur. In een kamer met 3 gigantische stapelbedden laten we onze tassen achter en vertrekken met een zak nootjes, 2 mokken en een fles wijn onder de arm naar het strand van Port Arthur. Het water kabelt rustig, de zon gaat onder en we filosoferen erop los met onze brons gewaardeerde Souvignon- Semillion Blanc.

 

Port Arthur - Hobart, 4 september

In de vroege morgen loop ik met mijn gare slippertjes over de campinggrond naar de toiletten en douches met mijn handdoek over mijn schouder en mijn toilettas onder mijn arm. Zelfs ik had nooit gedacht dat het zover zou komen... Maar, het maakt me allemaal niet uit! Ik geniet nog elke dag. En als dit een onderdeel is om zo'n dag te beginnen, dan zei het zo.
Greg en ik maken het plan om 'langs' het historische gevangenen terrein van Port Arthur te rijden. 
Ook hij heeft

een beperkt budget, dus de entree is even niet wat we ons kunnen veroorloven. Ik ben me ervan bewust dat ik hierdoor geen volledige tekst, uitleg en foto's tot mijn beschikking zal hebben. Om de drama's die hier in het verre maar helaas ook recente verleden compleet voor mijn gedachten te maken. Port Arthur, of eigenlijk gezegd heel Tasmania, stond bekend als gevangenen eiland. De gevangen werden mishandeld, gebruikt voor experimenten en leefde onder erbarmelijke omstandigheden. Bij de poorten zaten gevechts honden aan zware kettingen te wachten om ontsnapte gevangen te verslinden. In 1996 heeft er een andere slachting plaatsgevonden. En ja, dat is 1996 en geen 1896. Ik moet eerlijk bekennen dat dit nieuws me in de tijd is ontgaan. Terwijl ik dergelijke 'zieke' dingen meestal wel onthoud. In dit jaar heeft een gestoorde, à la Columbine highschool,  Alpen a/d Rijn winkelcentrum en recent Noorwegen, zijn machine geweer leeggeschoten op bezoekers en medewerkers. 38 mensen werden gedood. Met gelezen LP informatie en enkele gemaakte foto's van de indrukwekkende site, laten we deze plaats des doods achter ons. We maken nog een stop bij Pirates Bay om de Tessellated Pavement te bewandelen en fotograferen. (Weer zoiets buitenaards in de vorm van bestrating aan zee) En rijden dan richting Hobart, of eigenlijk, dat rijden we voorbij en gaan naar Huonville om gigantische bomen te bekijken. En met gigantisch bedoel ik 405 ton zwaar, 6,2 meter breed en 87 meter hoog. (6,2 meter breed voor een boom is echt belachelijk breed. Dat zijn 3 matrassen in de lengte achter elkaar..) Terug gekomen in de hoofdstad van de staat, bel ik mijn Couch surf host op om te vragen of mijn reisgenoot ook welkom is om 2 nachten te mogen blijven slapen.
We komen even later aan bij onze host, Sean. Sean, 26 is Iers maar woont en werkt in Hobart. Hij is een IT'er heeft een super de luxe Lexus waar we even boodschappen mee gaan doen. Hij en zijn huisgenoten Stephan en Pauline wonen in een huis net buiten het centrum op een berg, met uitzicht over de hele stad en het waterfront. Niet slecht.. Stephan is een originele Aussie. Geboren en getogen op het platteland van Tasmania. Hij brouwt bier als hobby en als we aankomen, staat er dan ook een grote ton met Mexicaans bier te gisten op het aanrecht. Pauline is een Chileense. In haar thuisland werkte ze als CNN journaliste. Haar badge ligt nog op de keukenbar. Ze werkt nu met een werkvisa als receptionist en is de vriendin van Stephan. Ze weet nog niet wanneer ze terug gaat naar haar thuisland. Naast het kijken in de avond naar de film 'The Hangover', krijgen Greg en ik even bijles in de Ierse sport Hurling... Het is een combinatie van rugby (voor de echte mannen, ipv het softe gedoe genaamd American football), hockey en tennis. De sport is meer dan 3000 jaar oud... Ik heb er nog geen seconde van gehoord..

Bruney Island, 5 september

In alle vroegte staan we bij de Ferry in Kettering, om over te gaan naar Bruney Island. Pauline en Stephan zijn beide vrij vandaag en vonden het leuk om een dagje mee op pad te gaan. Stephan heeft vaker op het eiland gekampeerd en weet de leuke, mooie plekjes te vinden.  Gisteren was het nog voorpagina nieuws, dat de ferry het had begeven. Zonder brokken of vertraging komen we aan de overkant en rijden meteen door naar het zuidelijke gedeelte van het eiland. We beginnen met een ontbijtje in een plastic kas. Hoe kan je beter je maandagochtend beginnen dan op een eiland, je ontbijt uitgeserveerd krijgen en een uitzicht hebben over berg en zee? Vast op meerdere manieren maar we waarderen deze met z'n 4'en toch wel enorm. We rommelen wat op de rotsen. Ik zie 2 bijzondere zeesterren in ondiep water. We zijn alle gefascineerd door de oranje en gele mossen op de stenen en zijn door Stephan gewaarschuwd voor 'oma' haai. Een groot, oud exemplaar die schijnbaar al een aantal jaar rond het eiland zwemt. Bij Captains Cook aanleg plaats beginnen we een wandeling van een aantal uur. De tour gaat richting Fluted cape en door het South Bruny National Park. Aan de beklimming van de berg lijkt geen einde te komen. Elke keer als we denken (we, Pauline en ik want Stephan en Greg klimmen als een stel apen naar boven) dat het hoogste punt hebben bereikt, blijkt er nog een verhoging te zijn en nog èèn en nog èèn en nog.... Maar uiteindelijk hebben we het dan toch gered. Alle overbodige kleding stukken zijn inmiddels aan de tas gehangen want met het zonnetje en de klim is het behoorlijk warm. Ik loer over de bergranden. Op zoek naar een tas, jas, iets van gekleurde kleding of een heel lijk, wat misschien onderin het ravijn ligt. Sinds maart is er een backpacker vermist en hier voor het laatst gezien. Het meisje wat dezelfde route is gaan wandelen is nooit meer teruggekeerd. Aan nieuwsgierigheid natuurlijk geen gebrek dus ik kam elk rotspuntje met mijn ogen uit en controleer op verschoven grond bij een richel. Een enorme groep met vrijwilligers heeft in de tijd dagen gezocht. De kans dat ik 5 maanden later iets zie is uiteraard minimaal tot nihil. But you never know...
Bij terugkeer op het vlakke land heb ik plots een witte Wallibie in de smiezen. Met mijn filmcamera aan, rent meneer Al. Bino door het beeld en als een vrouwelijke James Bond loop ik zijdelings, gewapend met de camera in mijn handen, langs een houten paneel van een schuurtje. Aan het eind van mijn beschutte opstelling, draai ik mijn lichaam, strek ik mijn armen en... film, de Albino! Hij zit met rechte oortjes en rode ogen, me aan te kijken wat ik in hemelsnaam aan het doen ben... 
In de middag brengen we nog een bezoek aan de plaatselijke chocolade fudge makerij. Mèt gratis testertjes. Jammie! Vervolgens gaan we wijntjes testen bij de plaatselijke wijnboerin. Greg, fransman, doet alles keurig volgens de regeltjes en spuugt na het proeven alles weer uit. De rest, cultuurbarbaren, nemen het genoegen om de wijn tot de laatste smaakpupil te keuren en dan door te slikken. Na een laatste bezoek aan Cloudy Bay, en dat is het, cloudy, moet ik binnen een uur 50 km terug scheuren naar de Ferry. De gemiddelde snelheid die je kan rijden op het eiland is 50 en dat is inclusief de on-geasfalteerde wegen. Met heel wat afgesneden bochten kom ik precies, maar dan ook precies aan als de wachtende auto's de veerboot oprijden. Greg, niet gestoord door mijn persoonlijke rally, heeft van Cloudy bay tot het zicht op de Ferry geslapen. Ik rij voldaan de boot op. Ik heb mijn race gewonnen.

Hobart - Strahan, 6 september

Gedag gezegd tegen onze hosts, leggen Greg en ik de laatste km samen af. Hij vliegt vanavond naar Sydney en ik ga richting de westkust. We hebben gesprekken gehad die tussen kunst, geloof, filosofie, levenswijsheden, reizen, opvoeding en literatuur lag. Bijzonder interessant kan ik wel stellen. Maar zoals ik inmiddels gewend ben, volgt er naar een kennismaking altijd te vroeg een afscheid. Beide niet getreurd maar teleurgesteld over de snelheid van de tijd, scheiden onze wegen in Hobart. Na enkele zonovergoten dagen is dit een regenachtige dag. Het uitzicht is er vandaag niet om van te genieten. Het is grijs en de wegen zijn met de hoeveelheid water en grind glad. Alle concentratie op de weg met een vooruitziende blik op de grote 'logger' trucks. De vrachtwagens die boomstammen vervoeren. Bij Queenstown, helaas geen Nieuw Zeeland stijl, kom ik terecht in een weerspiegeling van humane haat jegens de natuur. Bergen, kilometers ver, zijn ontgonnen voor de mijnbouw. Alle bomen zijn weg. Het landschap is kaal. Droevig. Zelfdestructie komt als woord op in mijn gedachten. Alles wat kapot kan, maken we kapot. Het is echt te triest om te zien. En dan ook nog wetende dat dit het zuidwesten van Tasmania, Nationaal park is. Onderdeel van de wereld Heritage lijst, Unesco. Dit zou echt niet mogen. Maar wie ben ik?

Strahan - Penguin - Sulphur Creek, 7 september

Ik wordt wakker in mijn privé vertrek van de emmers water die ze op het dak lijken te gooien. Mijn kamertje waar maar 2 bedden in staan, is behaaglijk warm. Ik dacht dat ik de hele camping annex hostel voor mezelf had maar gisteravond kwam er toch nog een ander meisje haar eten bereiden. Ik was geboeid door een Australisch interview met Geert Wilders, dat ik niet de moeite nam om een praatje te maken. De weg door regen èn sneeuw vandaag, geeft geen gelegenheid om te stoppen. Terwijl het meer van Roseberry en de afslag naar Cradle Mountain mooie plekken waren om even te lopen en foto's te maken. In plaats daarvan rij ik meteen door naar Burnie en sla wat wijntjes in bij Penguin, wat uiteraard bekent staat om de kleine waggelaars. Een groot betonnen exemplaar siert de promenade en zelfs de prullenbakken zijn gedecoreerd met geboetseerde pinguïns.
Onderweg luister ik naar een radio interview van een man die 10 maanden het apengedrag van 'gepensioneerde' laboratorium chimpansees in Canada heeft bestudeerd. Opmerkelijk vond ik dat 80 tot 95% procent van alle onderzoeken die ze doen op deze primaten, zinloos is. Compleet zinloos. Geen medicijn of vaccin tegen menselijke ziekten is gevonden. En dan vraag ik me weer af waar we als mensen toch mee bezig zijn. Interessant vond ik te horen hoe het gedrag was, als een ander aapje in de groep was overleden. Er was een aap die het dode lichaam door het verblijf gooide. Met de bedoeling om zijn maatje wakker te maken. De neus begon te bloeden en een andere aap haalde een doekje en veegde het voorzichtig schoon. Als het gevoel van onmacht verdwenen was en had plaatsgemaakt voor het begrijpen van het verlies, begonnen de vrouwelijke aapjes de vacht netjes te maken. Alle vieze dingetjes werden eruit gehaald en de haren werden netjes 1 kant uitgestreken. Een heel interessant interview.
Inmiddels was mijn uitzicht van bergen naar zee verandert en ik reed langs een romantische spoorlijn met aan de ene zijde zee en strand en aan de andere kant borders met gele, roze en paarse bloemen. In de prachtigste gebieden van Tasmania liggen treinsporen. Helaas worden deze alleen gebruikt voor de distributie van grondstoffen. Het zou een mooie reis zijn om via het spoor de Tasmaanse wildernis te ontdekken.
Rond een uur of 4 kom ik aan bij mijn geplande adres. Mijn oude buren zijn meer dan een decennia geleden geëmigreerd maar ik heb ze al langer dan dat niet meer gezien. Tijd om bij te praten.

Sulphur Creek - Carrick, 8 september

Nadat ik gisteren met open armen ben ontvangen, begonnen natuurlijk alle verhalen hoe het met iedereen is vergaan. Tijdens een wandeling in de namiddag door hun eigen bos, vertelde ze mij hun motivatie om te vertrekken. Hun liefde voor organisch boeren, wat ze nog steeds doen op een groot stuk land en hoe het met de kinderen, onze (mijn zus en mijn) vroege speelmaatjes, ging. Tijdens de wandeling kwam hun jongste telg, inmiddels een volwassen vent natuurlijk, met zijn vriendin achter op de crossmotor over de berg heen scheuren om ons te zoeken. Gezamenlijk hebben we gedineerd en was het heel gezellig. In de morgen maken de vrouw des huizes en ik nog een wandeling door een ander woud, wat schijnbaar intensief gebruikt wordt door heel wat wildlife, terwijl haar man nog even de grond omploegt voor de blueberries die er gepland gaan worden. Na een lunch buiten op de veranda, (in de zon met uitzicht op de bergen en de zee), met vers gebakken brood is, het tijd om naar hun oudste dochter te gaan. Een sluimerende hoofdpijn heb ik tot dan toe kunnen onderdrukken. Na een half uur in de auto te hebben gereden, kan ik mijn ogen niet meer open houden en lijkt het alsof ze met een betonboor mijn linkerslaap proberen binnen te dringen. Ik kan niet meer naar links en rechts kijken en moet ernstig op zoek naar een plek om te stoppen. Een chocolade fabriekje annex winkeltje biedt de mogelijkheid om te rusten. Dit keer geen testertjes proeven, ik kom niet verder dan de parkeerplaats. Sleutel uit het contact, deuren op slot, stoel naar achter en een handdoek over mijn ogen. Op zulke momenten mag je me echt neerschieten. Na een klein uurtje te hebben geslapen moet ik echt verder. Mijn oude buurmeisje Marieke is niets verandert, anders dan dat haar haar donkerder is geworden door het gebrek aan tijd om te windsurfen. Ze is in inmiddels getrouwd en samen met haar echtgenoot hebben ze een blonde dochter van een jaar. Helaas kan ik het niet opbrengen, zoals ik in gedachte had, om in de avond meteen bij te kletsen. Ik verontschuldig me voor mijn algehele malaise. De migraine brengt misselijkheid en overgeven met zich mee. Om 7 uur lig ik zwaar onder de pillen dan ook in mijn bedje en hoop zeker 12 uur van de wereld te zijn.

Carrick - Liffey Falls-, 9 september

De hoofdpijn van gisteren, schaal 8 op 10, is gelukkig in de ochtend geminimaliseerd naar een 3 à 4. Ik kan nog niet helemaal enthousiast praten, want dat zorgt voor een verhoogde bloeddruk en dat kan mijn hersenpan nog niet aan. We beginnen met een rustig ontbijt van warme pap en een half dozijn aan gezonde toevoegingen. Haar echtgenoot Allister heeft een lange reis naar zijn ware geloof, het geloof in god, gemaakt en praat er dan ook gepassioneerd over. Al heb ik een andere denkmethode hoe het tussen hemel en aarde, de leven en de dood zit, het is altijd interessant om naar de bevindingen van anderen te luisteren. Althans, dat vindt ik. Het zonnetje komt door en we besluiten een wandeling over de 6 are die ze hebben te maken. We beginnen bij de 2 geiten die een extra bakje krachtvoer krijgen. 1 ervan wordt verlost van zijn volle uiers en de andere krijgt een ander stukje om te grazen. We lopen langs hun 'eigen' Liffey river die vanuit de bergen stroomt en vroeger voor aandrijving van een waterrad zorgde. Later in de middag brengen we een bezoek aan de in de omstreken beroemde Liffey Falls. Een prachtige waterval die uit verschillende niveaus bestaat. Als score van vandaag tel ik 4 kangaroes, 1 Possem en een kleine Wallibie. Levend dit keer, geen roadkill.

 

Launceston - Melbourne, 10 september

In de ochtend nog even de geit melken, Marieke dan. Ik heb wel mijn melkdiploma (serieus) maar nadat behaald te hebben, heb ik het verder nooit meer in de praktijk gebracht. We hebben nog een praatje met Sarah de buurvrouw en na narcissen te hebben geplukt en het bewijs te hebben vastgelegd dat ik hier was, is het tijd om te gaan. Ik rij nog door het schattige Carrick, wat vol staat met oude gebouwen uit 18- zoveel. De route gaat verder naar Perth (ben ik daar ook weer geweest) en naar het vliegveld waar ik mijn trouwe groene metgezel weer af geef. Zonder schade! Scheelt met toch weer 2840 dollar. En ik kan je vertellen dat dat bedrag als het zwaard van Damocles boven mijn hoofd hing. Geen enkele stoepje, verhoging of drempel is me dit keer ontgaan. Om half 2 gaat mijn vlucht naar het vaste land. Een vlucht van minder dan een uur. Daarna tot half 10 de volgende ochtend wachten op mijn vlucht naar mijn nieuwe bestemming. Zucht.

So my dear cobbers,
This was my trip in Ozzie.
Even do I was like a possum up a gumtree, I'd didn't see it all. I had a primo time and met fellow travelers and cobbers.
With sometimes a little bit of grog, I wasn't flogging the wagon, ofcourse. So I wasn't as full as the last bus home or parking a tiger. I did not see the dunny in a bad way.
I am not a galah. Don't come the raw prawn with me mate. Sometimes I am as bright as a 10 watt bulb or could not beat the skin of custard. But everybody knows that grog makes ya like a more-chins-than-the-Chinese-phonebook-person!
I am going to Azie, I gone off like a frog in a sock!
I know, a lot of mozzies but also thongs and bathers. Primo!

Zo mijn lieve vrienden,
Dit was mijn trip in Australië.
Afgezien dat ik snel gereisd heb, heb ik niet alles kunnen zien. Ik had een fantastische tijd en heb mede reizigers en vrienden ontmoet.
Met soms een beetje alcohol maar niet dat ik me dronken heb gedronken, natuurlijk. Dus geen zattigheid of overgeven. Heb het toilet dus niet op een negatieve manier gezien.
Ik ben niet achterlijk. Je kan me niet voor de gek houden, vriendje. Soms ben ik niet altijd even intelligent of sterk. Maar iedereen weet dat je dik wordt van alcohol!
Ik ga naar Azie. Heb er zin in!
Ik weet het, veel muggen maar ook slippertjes en mijn zwemspullen. Fantastisch!