Turkije 2014

Efeze, bibliotheek van Celcus

Amsterdam - Izmir
30 januari
 
'Ohhh, die kan je ook aan boord kopen?!' Zegt mevrouw van stoel 8a.
Tena lady, denk ik te zien in mijn ooghoek.
'Oh jee, ik ben beland in een generatie-kloof-hel!‘
Check toch even snel waar de oude dakduiven naar wijzen.
'Deet, tegen de muggen. Godzijdank'.
 
Een aanbieding in de tv gids.
'Tja, wie leest die nou nog?' De vergrijzende generatie dus..
 
En dat is nu precies wie er allemaal geboekt hebben.
Rollator aan de kant, scan apparaat in...
De anders in rap tempo bewegende lijn bij de tassencontrole gaat tergend langzaam. Ik kan zelfs zeggen nog langzamer dan het woon-werk verkeer in de Coentunnel om 8.00 uur op een maandagmorgen na een schoolvakantie.
 
Gate closing.... Maar dan heel heel langzaam. Zo langzaam, dat de deur pas om kwart voor 10 dichtgaat terwijl we rond die tijd al boven het Duitse luchtruim hadden moeten zijn. 'Oh maar! Wat hebben we geboekt?!'
Het zijn mutti d'r leeftijdgenoten maar wat een naoorlogs drama is dit..
 
Ben ik nog niet over mijn verbazing heen, dat sommige niet weten waar het toilet in het vliegtuig is...
Kom ik erachter dat de verloedering van de participatie maatschappij begonnen is bij deze yuppen. En dat zijn het: yuppen! Hebben ze tot '45 wel geen eten gehad en zijn ze als baby een ondergeschoven kindje in de bedstee van hun ouders geweest... Ze hebben zich daarna wel mooi los laten gaan met drank en drugs op de Stones en Beatles - zich misdragen en miskleed in de flowerpower en orgies gehad op Woodstock. Daarna een beetje getreurd in de oliecrisis van je jaren zeventig - maar vervolgens hun huis wel verkopen met 300% winst...
 
En asociaal dat ze zijn! 'Die' mensen waar we allemaal een hekel aan hebben, 'die' mensen die bij de bagageband zo dicht mogelijk tegen de rand staan gedrukt, zodat ze als eerste hun koffer zien en daardoor geen plek houden voor andere? 'Die' mensen, dat is de grijze-dakduiven-generatie, die zijn begonnen met het rebelleren tegen de gevestigde orde van het sociale gedrag.
Stelletje kudde dieren. Niks te oude-makken-schapen in hun hok. Ze mogen wel niet meer zo mobiel zijn.. Maar vertel me de logica van een oma in d'r tachtig - in een rolstoel - ik herhaal: in een rolstoel.. die tegen de bagageband staat geparkeerd?! Net of zij met d'r 45 kilo lichaamsgewicht haar eigen tas kan onderscheppen?!
 
'Mutti, we moeten de vaart erin zetten, zeg ik. - Survival of the fitest! - Wie als eerste arriveert bij de bus mag vast in de 'fastlane'.
Vervolgens zullen de dakduiven ingedeeld worden op snelheid.. en de traagste, ziekste moeten in de laatste bus.
Het is net een veekeuring..' We lopen op kop en bedwingen een steile heuvel met respectievelijk een 12 en 17 kilo tas op wielen achter ons aan, om als eerste bij 'die keuring' te zijn. 'Hier zullen de eerste afvallen,' zeg ik al hijgend bovenaan de heuvel en sla geen acht op de roltrap die zachtjes piepend 3 meter van ons vandaan voortschrijd.
 
Bus 9. De praktijk ligt nog niet zo ver van mijn theorie. We zitten inderdaad in een 'mobielere' bus. Mevrouw stoel 8a en haar vriendin (die ook niet uitgezeurd raakte van de trage binnenstroom in het vliegtuig) en een ander (leuk, Zuid Hollands?) paar zitten bij ons in de bus. Lang leve de groepsreis!
5 bussen nemen synchroon rechts omkeer en vanuit Izmir tuffen we naar Kusidasi. Het andere charter vliegtuig met generatie 'grijs' komt morgen aan. Hier kunnen weer 5 bussen mee worden gevuld waarmee we als klein leger touristen de westkust van Turkije infasseren.
Benidorm bastaards.. Slik.
 
Kusidasi - Ephese - Kusidasi
31 januari
 
Vroeg aan het ontbijt.
De dames van 8a en 8b, Ali en Rita en het andere leuke stel Christa en Don (alleen een Zuid Hollands-accent maar wonen in Nijmegen) zitten er al.
Gisteravond al gezellig zitten kletsen. Verder kennen we nog niemand maar hen kwamen we al iedere keer tegen.
 
We zijn gisteren neergestreken in een 5***** hotel VistaHill in Kusidasi. Met uitzicht op de Egeïsche zee. Het Griekse eiland Samos en het daarachter gelegen Patmos liggen naar het lijkt nog geen 10 kilometer voor de kust. Verklaart meteen waarom mijn telecom provider de melding 'welkom in Griekenland' geeft inplaats van ’welkom in Turkije'.
 
Vandaag naar Ephese III.
Meteen het hoogtepunt van de reis. Vroeger (in de Byzantijnse tijd) lag Ephese | Efeze | Efese aan zee maar de zee trok langzaam weg. Ephese III werd daarna gebouwd op weer een andere plek. De 3de grootse bibliotheek van de wereld werd er gebouwd. Een Champs Elysee van huizen waar de rijkere woonden en waar de luxe winkels waren.
 
Het was een metropool in Anatolie of  'klein Azie', want inderdaad, we zitten aan de andere kant van de Bosporus wat dus officieel Azie is. Ephese stamt uit de oudheid. De oudste bekende bronnen vertellen dat (apostel) Johannes na zijn vertrek uit Jerusalem in Efese terechtkwam. Hij zou hier ook zijn gestorven. In de tussentijd schijnt hij zich over de (heilige) Maria te hebben ontfermd, die blijkbaar meer in de koran staat vermeld dan in de bijbel. Zij zou op de Bulbul-Dag | de berg van de heilige nachtegaal, hebben gewoond en ook daar zijn gestorven. Jong gestorven, 59 jaar, omdat ze rouwde over haar zoon. Dit allemaal volgens de overlevering.
 
Olcay, (zonder Gulsen) onze gids praat honderd uit. Ze is 11 jaar getrouwd geweest met een Belgische Koen en heeft dan ook een Vlaams accent met een Turkse tongval. Haar Nederlands is lang niet correct maar wel grappig en iedereen verstaat haar. Ze neemt ons op sleeptouw in de oude stad of wat er nog van over is. Efeze zou Efeze niet zijn zonder de honden die er waken en de tig katten die de zonnestralen op hun geconfisceerde afgebrokkelde zuilen tot zich nemen. We krijgen een overvloed aan informatie:
 
Efeze is de belangrijkste archeologische stad/plek in Turkije. Het hedendaags Turkije omdat het land niet zo heette in de Griekse mythologien, wat zich hier afspeelde. Rond 1100 voor het jaar 0, waren hier al inheemse nederzettingen die gevestigd waren bij het heiligdom van de Griekse godin Artemis of volledig; Artemis van Efeze. Voor haar werd een grote tempel gebouwd bij Efeze I. Dit is 1 van de 7 originele wereldwonderen geweest. Maar de tempel zou op de geboortedag van Alexander de Grote vernietigd zijn. Wat rest is 1 trieste zuil die in een moeraslandschap staat bij het dorp Selcuk. Hier op de heuvel ligt tevens een Byzantijns-Seltsjoeks kasteel of citadel. In de citadel staat de Johannesbasiliek waar het graf van de apostel Johannes zou liggen. Maar goed, dat was Efeze I en we zijn nu in III.
 
De stad stond genoemd in twee van de bijbelboeken: De brief van Paulus aan de Efeziers en Handelingen van de Apostelen. Het beleefde een bloeitijd tijdens de tijd van de Romeinen. We krijgen een sprookjesachtige indruk hoe indrukkendwekkend deze stad moest zijn. Er was een rioleringsysteem en een schoonwater netwerk. Er waren badhuizen met airco en verwarmde vloeren en muren. Honderden zuilen staan of liggen er met fascinerende reliefs in het marmer gebeitst. En dan het indrukwekkenste en waarschijnlijk meest bekende; de bibliotheek van Celsus. De grote facade staat nog grotesk te zijn tussen de rest van de ruines. Marmeren beelden staan er al honderden jaren over de Champs heen te kijken. Met de juiste fantasie, en die heb ik, komt alles tot leven. De toeristen lopen ineens in witte gewaden en de kooplui lopen over de straat. Er zijn zelfs nog bijna intacte 'hangende' huizen  of terrashuizen die worden beschermd met een vast dak tegen de grillen der natuur. Een theater, zo groot (24.000 plaatsen), slim tegen een heuvel aangebouwd zodat er niet hoefde worden gestut. De stad is machtig, geweest iniedergeval. Fantastisch om er rond te lopen. Helaas trok het water weg en kwam de stad in het binnenland te liggen waardoor de handel die ze dreven niet behouden kon worden. De stad kwam in verval.
 
We krijgen nog een uurtje vrij en met mijn nieuwe camera om mijn nek maak ik graag weer de nodige plaatjes. Als afsluiter trakteren we onszelf op een Lavazza koffie en is het niet veel later tijd om weer in de bus te stappen.
 
We lunchen in een vreetschuur maar het eten mag er wezen. Aan onze tafel komen Beppie (Lelystad) en Joke (Kampen) geschoven. Ze zitten voor ons in de bus en Joke ziet alles; spelende kittens, rare brommers, scheve gordijnen in de appartementen. Ik kan dat wel waarderen. Beide zijn ze tegen de 60. Naast hun komt een stel uit Groningen te zitten en daarnaast een echt oud echtpaar die de 75+ allang hebben gepasseerd. Zij loopt met een kromme rug en een stok en is heel bijdehand. Hij is een nietszeggend persoon. Letterlijk, want hij zegt niet zo veel.
 
Grot van zeven slapers.
Artemis was de god van de vruchtbaarheid waar vroeger iedereen in geloofde. Op een dag waren er zes broers die weg wilde lopen omdat ze in Jezus geloofde. Maar in die tijd was het een taboe om daarover te praten. Het werd niet geaccepteerd. Ze pakte wat spullen bij elkaar en vertrokken heel vroeg in de ochtend uit Efese. Op hun weg kwamen ze een herder tegen, die ze de weg vroegen. Het werd al donker en ze moesten eigenlijk ergens slapen. De herder nam ze mee naar een grot waar ze veilig en droog konden slapen. In de ochtend stond de jongste van de broers vroeg op om naar de bakker te gaan. Er moest immers wat gegeten worden en er moest proviand mee voor onderweg. Hij kwam bij een bakker, bestelde wat brood en wilde betalen. 'Hoe kom je aan dat geld?' Vroeg de bakker. De jongen antwoordde dat hij ervoor had gewerkt. 'Nee, waar heb je dit gevonden,' vroeg de bakker opnieuw en keek argwanend naar de kledij van de jongeman. 'Dit geld, herhaalde de bakker, word al 300 jaar niet meer gebruikt. Heb jij een schat gevonden?' De jongen ging terug naar zijn broers en de herder. Ze hadden allen 300 jaar geslapen. Veilig door hun god door het taboe tijdperk geloodst. Ze waren beschermen in al de jaren dat ze er sliepen.
 
We gaan er even kijken. De bus parkeert voor mooi bloeiende amandelboom. Geuren van gebakken brood komen ons tegemoet. Twee dames zitten in een moderne tent op de vloer, deeg te slaan. Vervolgens word er wat feta en wat koriander ingedaan, het word ingeklapt en op een ronde bol boven het open vuur bruin gebakken. We mogen allemaal even proeven. Met een vers 'burekje' in de buik lopen we naar de ruïne van de zeven slapers. Voor de grot is namelijk een kerk gebouwd om de gelovige te eren. In en rond de kerk zijn er 350 menselijke skeletten gevonden. De nobele, edele en rijke wilde zich graag bij deze heilige plaats laten begraven. Verder dan oude muren, hekwerken, een boom vol strikjes en een uitzicht op een vallei vol met olijfbomen is het niet. Maar de sage maakt het wel heel bijzonder. (Alhoewel in de thora, bijbel en koran het verhaal van de zeven slapers word verteld, verschillen ze allen iets)
 
Na terugkomst in het hotel gaan mutti en ik de buurt even verkennen. Kusidasi is een enorme toeristische trekpleister maar als je in een hotel zoals wij zitten, heb je ook niets anders meer nodig. Massage, binnenzwembad, hamam, drie zwembaden buiten (nu even buiten gebruik) en een trap naar het strand. We volgende de trap - want de buitenlift doet het niet - en slenteren niet veel later over een smal strand met uitzicht op ondergaande zon.
 
Kusidasi - Miletos - Didyma - Priëne - Kusidasi
1 februari
 
Kalk is veel aanwezig. Huizen zijn dan ook meestal wit. De oude steden en vooral de cosmopolitische steden waren wit (en blauw of indigo) zoals Miletos. Met een kalkpen werden er strepen gezet waar het marmer op elkaar gezet moest worden. Later hebben ze hier een draagbaar bronzen telraam gemaakt om met kalk op de juiste plekken de strepen te zetten. In de vorige eeuw werden er draagbare elektronische apparaten gemaakt; genaamd kalk-u-lator aka calculator...
 
Miletos | Milete
Milete zou zijn gesticht door de Mythologische figuur Miletus en gaat veel verder terug in de tijd voordat de Ionische Grieken de westkust van Anatolie beheerde rond 1000 voor christus. De stad is door een gevonden geschreven taal bestempeld als oudste Griekse stad in Anatolie. Het lag aan een grote baai bij de rievier de Meander (deze heeft er ook voor gezorgd door Efese uiteindelijk van de zee werd afgesloten). De stad was de geboorteplaats van de Griekse filosofie en wetenschap. Kortom een stad met veel geschiedenis, kennis en handel.
 
We komen aan bij Miletos. Een oude stad die nu alleen nog bestaat uit reünies. We gaan binnen in het colloseum. De grote van deze theaters werden gebaseerd op te aantal inwoners van de stad gedeeld door 10. Er werden 10 dezelfde voorstellingen achter elkaar gegeven. Waren er dus 25.000 plaatsen, dan konden in 10 dagen tijd de hele bevolking van de stad naar binnen om de leeuwen, de gladiatoren gevechten of een muziek optreden te bekijken. De gangen achter de zitplaatsen zijn nog grotendeels intact en met de juiste fantasie is het weer niet zo moeilijk om het geschreeuw, gejoel en gepraat van de mensen in de tijd te horen.
 
We krijgen allerlei feiten te horen. Olcay is een heldin in feiten. Ik ben fan. Zo verteld ze dat het marmer van de stenen de mensen op zaten, aan de onderkant rond waren uitgeslapen. Dit om het geluid beter te laten reizen.
 
We wandelen verder naar een zonnig uitzicht over ruïnes van een bibliotheek, badhuis, winkelcentrum. We lopen richting het badhuis. Enorm. Het badhuis was altijd dichtbij het gymnasium waar de jongens studeerde: wiskunde, filosofie en sporten. Het badhuis (Faustina thermen) was ingenieus in elkaar gezet; een koud (zwem) bad, een lauwe kamer, eens hete kamer en een sauna. Het watersysteem is zoals de Romeinen dat konden, heel slim. Buizen door muren zorgde voor de warmte als ze er warm water door lieten lopen. In de zomer gebruikte ze koud water als airco. Hete stoom, door het verbranden van hout verkregen, zorgde voor de sauna.
 
Didyma | Het orakel van Apollo
De tempel was in het verre verleden een Grieks heiligdom en een bekende orakelplaats van de god Apollon. Het werd ook wel Didymaion genoemd. De naam van Didyma is omstreden. De een zegt dat de naam voorkomt uit het Carisch wat bestond voor de Grieken. De ander zegt dat het wel Grieks is en dat het staat voor tweeling omdat daarmee Apollon en Artemis werden bedoeld. De tempel is na het Artemision in Efeze en het Herkleion op Samos de grootste tempel uit de Griekse oudheid. De bloeitijd was in de 1ste en 2de eeuw maar werd door een aantal aardbevingen zwaar beschadigd. De tempel schijnt nooit helemaal afgebouwd te zijn.
 
Een oude tempel met 124 zuilen waarvan er nog 24 meter hoog(!) 3 correcte zuilen omhoog staan. 'Waarom is de tijdmachine nog niet uitgevonden?' We kunnen wel 20.000 km van elkaar verwijderd met elkaar praten maar een paar eeuwen terug gaan in de tijd dat lukt nog niet. Hoe fascinerend zou het zijn geweest als je hier had rondgelopen en had kunnen zijn hoe schitterend de tempel was. Orakel of niet, goocheltrucs of doortraptheid ten niet, ongezien de geschiedenis induiken, is misschien beter dan de echt oude tijden herleven. We lopen vanuit de bus naar het stadscentrum. Links achter een muurtje ligt een oude weg (nog deels intact) die 17 km lang naar Milotos leid. Grote stenen liggen er als fundament en het lijkt alsof aan de zijkant kleine stenen winkeltjes hebben gestaan. Achter ons komt een herder met zijn schapen. Gewoon, rennende schapen door de straat. Waar gebeurt het niet? We duiken eerst een restaurant in om (weer) te eten en hebben uizicht op de fascinerende torenhoge zuilen. Met volle buikjes staan we niet veel later naar grote uitgehouwen gezichten van Apollon en Artemis te kijken. Olcay brengt ons heel wat geschiedenis bij.
 
We beklimmen de reuzachtige traptreden en ik verbaas me over de delicate versieringen in de voetstukken van de zuilen. Rondom zijn verschillende dingen uitgewerkt. Van menner op een kar met paard tot een tweeling en openstaande bloemen. Door de open galerij dalen we af in de 'catacombe' van de tempel. Uiteraard is hier niets spannends aan omdat er geen dak meer op de tempel zit. De uitwerkingen in het marmer zijn werkelijkwaar schitterend. Arme slaven die hier zo hard voor hebben moeten werken. In de tempel zou een reusachtig (geschat op 20 meter hoog) beeld van Apollo(n) hebben gestaan. De vraag is echter.. Waar is die gebleven? Om en rond de tempel ligt het bezaaid met stukken zuil en muurdelen. Het zal nooit meer worden opgebouwd, nooit meer. We zullen nooit meer ten volle kunnen genieten van de (in)compleetheid van wat het ooit is geweest.. Maar soms denk ik wel eens dat de ruines mooier zijn dan dat het bouwwerk ooit geweest is. Een schrale troost, als we weer teruglopen en door infomatie borden worden gewezen op 'hoe het ooit had kunnen zijn'.
 
Priëne | Het orakel van Athene
De rivier de Meander zorgde ervoor dat ook bij Priene (I) de haven verzande. Rond 350 voor het jaar 0, was men gedwongen om een nieuwe stad te bouwen. Dit werd gedaan tegen de hellingen van het Mykale gebergte. (En dat was handig want de uitgehouwen stenen en marmer konden zo naar beneden worden gerold. Er hoefde dus niets naar boven worden gebracht) De stad werd aangelegd volgens het systeem van de architect Hippodamos uit Miletos. Hij introduceerde de inmiddels bekende geometrische ordening oftewel horizontale en verticale straten. De stad (of wat er van over is) doet nog steeds modern aan en doet je denken aan hoe steden in de 'nieuwe werelden' werden gebouwd, bijvoorbeeld het eiland Manhattan, New York. De stad groeide uit tot een belangrijke polis, stadstaat. Nadat de troepen van Alexander de Grote rond 330 voor 0, de stad waren binnen getrokken werd het uigebreid met onder meer de tempel voor de godin Athena of Athene. Na wat ruzies tussen de broers uit Cappedocie en de hulp van de Romeinen, verloor de stad zijn betekenis. Toen ook hier de haven verdween was de roemruchte stad in de Byzantijse periode alleen nog intressant voor de zetel van de bisschop.
 
Boven op een berg, weggestopt tussen dennenbomen en loofbomen. Een beklimming over granieten en marmeren platen. Voor veel mensen van de bus een hele opgaaf. Dankzij mijn hobby-werk heb ik geen zweetdruppel op mijn neus. Het mooiste en gaafste stukje in de oude stad is wederom het theater. Hier staan zes grote marmeren fauteuils op leeuwen-poten. Het theater had een podium met twee etages, erachter vind ik nog een mooie houten deur. We wandel over marmer en steunpilaren van wat ooit een oude kerk is geweest. Een oude octogone (8-hoekige) molensteen ligt voor een oude preekstoel. Of, wat het ooit geweest is. De molensteen is waarschijnlijk hergebruikt want het zal als dieplood wegen en wie legt er een molensteen in een kerk?
 
Tussen de dennenappels, een springende rode eekhoorn en enkele paarse anemonen komen we bij de oude tempel; het orakel van Athene. Het is ook hier een kerkhof van pilaren, versieringen in grote liggende rechthoekig stenen en gelukkig toch nog een gaaf deel met opstaande pilaren. Ik heb mijn roeping gemist als archeoloog. Wat zou ik, als ik goed in Sudoku, Lego bouwen en wiskunde was, toch een held zijn in de oudheidkunde. Heel de dag bezig zijn met een bouwtekening en met het juiste inzicht... In no time weer een heel dorp opbouwen. Maar helaas, het ontbrak aan discipline in mijn jeugd. Ik zal het dus moeten doen met de oneindige fantasie die ik heb. Ik beeld me in dat hier dames met lange gewaden liepen en hun offers van water en bloemen in rieten manden naar het orakel brachten. Het uitzicht vanaf de berg op zee (wat nu deels moeras en landbouw grond is) zou fenomenaal zijn en een ultiem gevoel van vrijheid geven als je de dobberende vissersbootjes zou aanschouwen.
De onderstaande huizen waren nog intact en als rijtjesdagen van de hedendaagse Vinex wijken, lijnrecht aan elkaar gezet. Het parlement had een dak en geen inkijk van boven zoals nu. Dikke bebaarde mannen zouden er zitten en je zou in het verschil van intonaties niet kunnen opmaken of ze ruzie,- of een discussie hadden. Grote mokken met drinken zouden ze vasthouden en de spreker zou in het verhitte gesprek zich vast klemmen aan de sprekersstoel, waarvan het fundament nog aanwezig is. Het zou in de zomers warm zijn maar door de ligging aan zee, een frisse bries geven. De bomen zouden voor de welkome schaduw zorgen.
 
'Oh, was ik maar een bouwkundig archeoloog.. Mijn wereld zou bestaan uit het tot leven brengen van het verleden. En al zouden anderen het alleen zien van het terugplaatsen van stenen op de oude manier, ik zou mijn denkbeeldige fictieve wereld kunnen laten afspelen in de waarheid van het nu.'
 
Kusidasi - Stadstour Izmir - Bergama - Ayvalik
2 februari
 
Nadat we met 500 andere gasten van het overvloedige ontbijtbuffet gebruik hebben gemaakt, verlaten we ons sterren hotel. De bellboys hebben onze koffers van de gang gehaald en bij de bus gezet. Wij hebben zelf de laatste controle om te zorgen dat ook daadwerkelijk onze koffer of tas in de bus zit.
 
Met de Mediterrane zee aan onze linkerkant rijden we naar de stad Izmir. De op twee na grootste stad van Turkije met bijna drie miljoen inwoners. Vroeger heette het Smyrna en was het een belangrijke metropool tussen Alexandrië en Istanbul (of Constantinopel). De bebouwing is op z'n zachts gezegd lelijk.. Tussen 1922 en 1923, tijdens de Grieks-Turkse oorlog werd de stad voor twee derde afgebrand. In no time zijn er toen nieuwe hoge huize blokken terug gezet die ronduit lelijk en nu bijzonder gedateerd zijn. Toch is het Olcay 'haar stad' en ze praat er met zo veel liefde en bewondering voor dat ik dat zonder blikken of blozen overneem.
 
'De mooiste meisje komen uit Izmir', is een gezegde uit Turkije. Ataturk heeft dit als thuisstad meteen aangepast aan zijn ideeën over een nieuwe wereld, ver van het Kalifaat. Er zijn 9 universiteiten en meisjes mochten hier al vroeg in de vorige eeuw gebruik van maken. Er werd en er word veel handel gedreven waardoor er een unieke mix van geloven en multiculturele samenleving is. Joodse begraafplaatsen liggen buiten de stadsmuren naast die van een islamitische en daar tegenover ligt de christelijke. 'Ging het allemaal maar zo makkelijk in de wereld.'
 
We maken een stop bij de Moorse versierde klokkentoren Konak aan de rand van het water. Niet ver daarvandaan liggen de hallen die door Meneer Eiffel, himself zijn ontworpen (naar het idee van Budapest als je het mij vraagt).
 
We stappen in en even later weer uit in het centrum. We gaan eerst voor een koffie, goede koffie! Met kleine chocolaatjes erbij, jammie. We hebben daarna niet veel tijd meer omdat we met Don en Christa lang hebben zitten kletsen. Nog even naar het water en de promenade die ervoor ligt. Een foto van het standbeeld met de rennende paarden die de intocht van het Turkse leger in Smyrna doet uitbeelden. We gaan de winkelstraat terug in, duiken een kroegenstraat in die de aandacht met schreeuwerige bierreclames weghaald bij de schitterende houten balkons die erboven hangen. Nog even snel een schoenenwinkel in om te 'sneupen' en dan weer in de bus.
 
Het is een lange twee uur naar het restaurant in Bergama. Zeker als je er al anderhalf uur van naar het toilet moet..
Het is ook winter hier, dus de bomen zijn kaal. Afgezien van de bloesems in de amandelbomen en de roze bloemen in de Japanse kers, is het landschap kaal en niet heel bijzonder.
 
Na de lunch rijden we naar Ayvalik waar we verschillende flamingo families in de zoutpannen zien staan. Een tweede tukje vandaag in de bus (er is ook zoveel te onthouden) zorgt voor een korte route naar ons uitzichtpunt. Lesbos.. Inderdaad het Griekse eiland, ligt hier op steenworp afstand van de Turkse kust. Mythologie over de dochter van de priester die vooral haar eigen ding deed en zich overgaf aan de poëzie. De poëzie over de liefde. Vooral de liefde tussen twee vrouwen. Er ontstaat nogal wat verwarring tussen de gidsen en de toeristen of het eiland nu links of rechts ligt. Aangezien ik vooral slecht gelovig ben, brengt Google maps de oplossing. Beide gidsen hadden gelijk. Het eiland is namelijk zo groot, maar door het heiige weer is niet goed te aanschouwen dat de kleine baaien allemaal met elkaar in verbinding staan.
 
Aangekomen in hotel Berk in het stadje Kücüköy is de dochter van de eigenaar los gegaan met het Louis Vuitton design op het interieur. Bruine en zwarte vierkantjes, LV logos op de hockers, maar een serieuze open haart in de te dure 'gentlemans club'. Moeder gaat voor een massage en ik ga buiten door het zand stappen om er achter te komen dat er niets leuks meer te fotograferen valt. Naar binnen dan maar, bij de open haard. Een lekker grote koffie erbij.. Als blijkt dat de Nescafe (ja die zakjes bij de appie voor 23 cent) € 3,00 moet kosten, laat ik het meisje maar snel weten dat ik niets hoef.
 
Bij het dinerbuffet hebben we dit keer geen gesprek met onze eigen 'bekende Nederlander'. (Se)Bastiaan, onze Twentenaar (inclusief Achterhoeks accent) is namelijk meerdere keren op tv geweest met de tv show 'Wie trouwt mijn zoon'. Helaas heeft hij er geen bruiloft aan overgehouden en is op het moment dan ook weer single. Stephanie stuurde hij op Omaha beach (hij is fan van tweede Wereldoorlog voertuigen, dus de regie stuurde hem maar op vakantie in Normandie) naar huis, waarbij hij eieren voor zijn geld koos. De liefde van Leonie, - daar kon hij zeker van zijn - en vroeg haar op het kasteel op Laage Vuursche ten huwelijk (voor de show uiteraard). Na de afleveringen date ze nog 3x maar het mocht niet zo zijn. Die Bas, nu met zijn maat Jos op vakantie.
Vanavond een diepgaand gesprek met Christa en Don en de rest van de tafel luistert mee. Met onze buikjes gevuld door de lekkerste toetjes ooit, vragen en luisteren we aandachtig naar de levensverhalen van deze twee. Ik zal niet meer zeuren, puffen of steunen over mijn 'simpele' leven. Dit zijn zeker een van de leukste en liefste mensen van de trip.
 
  
Ayvalik - Troje | Troya - Ayvalik
3 februari
 
Mijn geschiedenis leraar op één van mijn middelbare scholen zag eruit als die bolle Belg. Hoe heet hij ook alweer? Die ook altijd die typetjes deed en zelfs een film heeft gemaakt....? ... Inderdaad: Urbanus. Mijn geschiedenis leraar leek op Urbanus. Helemaal niet knap, bol, rond, kalend op zijn kruin en een baard. En dat laatste was in de jaren '90 van de vorige eeuw echt niet 'in'. Zijn vrouw moet gek op zijn karakter zijn geweest om zijn uiterlijk niet te zien. En dat snap ik, want ik heb nooit een les van hem gemist. Dat wilde wat zeggen in die tijd, omdat ik spijbelen toen als meest gevolgde bijles had. Enfin, de geschiedenis-Urbanus aka onze eigen Boudewijn Büch, bracht de sages, verhalen en Griekse mythologie zo tot leven, dat ik ze tot op de dag van vandaag weet. Zo ook Troje of moet ik zeggen: het paard van Troje..
 
Het paard van Troje
De Grieken probeerde de stad Troje al jarenlang in te nemen. De stad lag aan de Dartenelle, de straat tussen de Egeische zee en de zee van Marmara. Het waaide hier altijd flink waardoor boten vaak moesten wachten bij de stad. De handel in de stad was afhankelijk van deze wind. Door ervaring wiste de zeemannen hoe ze moesten varen en voor geld kwamen ze als loodsen aan boord om de boten met handel veilig door te laten varen. Maar tenminste 9 maanden per jaar kon er niet worden gevaren door de heftige wind. De boten konden hun handel verkopen aan de stad en konden weer terug naar hun bron. De handelaren in de stad zorgde dan dat de goederen weer door werden verkocht. (De Rotterdamse haven maar dan anders) Door deze handel had de stad een goed aanzien en veel geld. Troje 1 tot en met 9 zijn allen op dezelfe plek gebouw of beter gezegd 'op elkaar'. De Grieken lukte het dus niet om de stad binnen te vallen of over te nemen dus Odysseus bedacht een list. Van oude boten maakte hij een enorm houten paard en zetten dit in de avond voor de poorten van Troje. Omdat de Grieken argwaan verwachten van de Trojanen lieten ze Sinon achter. Dit 'sleutelfiguur' moet vertellen dat hij ruzie had met Odysseus en dat het paard een geschenk is voor Pallas Athena. Het paard was opzettelijk groot gemaakt zodat de toegangspoort een deel kapot gemaakt moest worden. In het paard zaten verschillende  (tussen de 15 en de 40) Griekse soldaten die bij binnenkomst in de stad de stedelingen overvielen toen ze sliepen en de poorten van binnenuit openzetten. De Grieken die in de regio verscholen waren in onder andere hun boten,  konden snel de stad inkomen waarna ze deze overnamen.
 
Een lange rit brengt ons langs 3 miljoen olijfbomen. We zijn in de hoofdregio van de olijven in Turkije. Hier aan de westkust word twee derde van de  productie bewerkstelligd. Olcay heeft de jas aangetrokken van 'olijvenvertegenwoordigster' en maakt ons allemaal gek met heerlijke lijf-smeerbare olijfolie. Op ons eerste pauzeplekje verkopen ze dit ook en de Hollanders gaan los op de schappen. Iedereen, behalve ikke. En mutti, want die koopt alleen twee betaalbare potjes met saffraan. We gaan naar onze lunchplek voordat we onze archeologische site gaan bekijken.
Vandaag is de dag dat ik één van s' werelds meest voor de verbeelding sprekende verhalen binnen ga; Troya | Troje | IIion | Truva (nu Hissarlik)
De stad is een stad op een stad op een stad. (9x herhalen) Het is koud. Heel koud. En ik vraag me af of mijn polarjas wel geschikt is voor de graden onder nul als ik hier al twee capuchons over mijn hoofd moet trekken om mijn warmte te bewaren. De wind is stevig en meer dan fris. In een keer snap ik de verhalen over de loodsen en de wachttijden van de boten hier in de oudheid. Het is inderdaad een groot tochtgat.
 
Kleine aaibare puppys heten ons welkom en een grote kater ligt in de schaarse zon. Olcay verteld over de opgravingen en over de bekende archeoloog Heinrich Schlieman die wel het een en ander heeft gestolen. Hij ging ook vrij rigoreus te werk met zijn opgravingen wat bij 9 steden op elkaar wel funest kan zijn. Hij zou ook de schat van Priamus hebben gevonden die bol stond van de gouden sieraden. Tegenwoordig is vastgesteld dat deze schat ouder is dan het Troje van de Trojaanse oorlog. Schliemann wist de schat uit Turkije te smokkelen en gaf het uiteindelijk aan zijn geboortestad Berlijn. Aan het einde van de tweede wereldoorlog hebben de Russen deze schat met andere kunstvoorwerpen meegenomen naar Moskou. Hier zou de schat tot de jaren '90 in een geheime ruimte onder in het Pusckinmuseum hebben gelegen. Hedendaags word het tentoongesteld en de Turken krijgen het niet terug.
De overblijfselen van de stad zijn miniem. Zoals bij de andere archeologische plekken is het theater of hier Odeon van Troje genoemd, in de beste staat.
 
We zien nog overblijfselen van wat ooit de stadsmuren moesten zijn en met behulp van de blockbuster 'Troy' met oa Brad Pitt, Eric Bana en Orlando Bloom, hoeven we de fantasie niet aan te spreken. Hollywood heeft het voor ons bepaald en we zijn Paris en zijn Helena in oude kledij over de straat wandelen. Het bezoek aan Troje is kort en we eindigen bij het houtenpaard wat door een kunstenaar in de jaren '70 is gemaakt. Het is modern en een beetje plomp. Als attractie hebben ze onderaan de buik een trap gemaakt zodat de narcistische mensen onder ons (en dat zijn er nogal wat..) een foto van zichzelf kunnen laten maken als ze in de 'belly of the beast' zitten. 

Een lange weg terug naar Ayvalik volgt. De 3 miljoen wuivende olijfbomen genieten ons zicht.
We maken tussendoor nog een kleine stop en komen dan voordat de zon ondergaat terug in hotel Berk. In de avond nemen we plaats naast onze mede-Friezen uit Snits (Sneek). Beide zijn ze achter in de 50. Zij komt uit de Hollanse enclave in Friesland en hij komt uit Zuid Holland. Boomkweker als hij in zijn jonge jaren was, verruilde hij dit voor een studie Theologie. Hij is ook een rasechte verteller en op een of andere manier boeit het me enorm als hij spreekt. Hij heeft diepgang en weet dat er meer is tussen hemel en aarde. En dan spreek ik niet over zijn Nederlands hervormde geloof of opvattingen. Cees en Afke gaan nog even naar de Irish pub in het hotel en mutti en ik gaan op tijd naar bed. Dit is geen 'vakantie' maar een' culturel rondreis'. Er word dus niet gerust of uitgeslapen.
 
Ayvalik - Bergama | Akroplis Pergamon - Kusidasi
4 februari
 
Vroeg uit de veren want er is weer heel wat te zien en een hele afstand te overbruggen. We gaan richting Bergama (waar we van de week al hebben geluncht) en het Mekka is van de kleedjes-knoopers.. 'Nee, dat mag ik niet zeggen, kleedjes.' Want het zijn tapijten. Gruwelijk dure tapijten die voor meer geld weggaan dan mijn cabrio gekost heeft. Wol op katoen, angora op katoen, Marino op katoen en zijde, puur zijde. Als rasechte veganist is het een doodzonde om zijde te dragen. Ze zullen dan ook niet mét parachute uit een vliegtuig springen, voor de ME werken en een kogelvrijvest dragen of iets in de zwevende tapijten industrie doen. Ik ben altijd in de naïeve veronderstelling geweest dat zijde word 'gestolen' van de rupsen maar niets is minder waar. Rupsen worden ala Auschwitz-Birkenau vergast en dan langzaam in 40 tot 80 graden water uit hun coconnetje 'gedraaid'. Rupsjes al dood, gaan richting de cosmetica industrie (Frankrijk) om daar als foundation, lippenstift en nagellak vermalen te worden. 'Zo, nu denken we allemaal wel even na of we met z'n allen niet gewoon standaard naar de Body Shop gaan.' Luizen in de rode M&M's, rupsen op je snoet... We weten lang niet alles..
 
Enfin, we worden welkom geheten door een jonge en wat oudere heren. Het zijn NederTurken en spreken dan ook Hollands als hun moedertaal. We komen een atelier binnen waar dames hun tapijten aan het dubbelknopen zijn. De speciaalste van het stel zit op een podium en zij heeft zoveel talent dat zij het zijde mag knopen. Dit talent komt zowel met de meeste privileges als met de meeste nadelen. Privileges houden in dat ze een kwartier werkt en een kwartier stopt en dat ze maar maximaal drie zijde tapijten in haar leven hoeft te knopen. Nadeel is, dat de glans van het zijde haar ogen aantast, waardoor ze vaak pauze moet houden, haar ogen slechter worden in die tijd en daardoor niet secuur genoeg meer kan werken en over moet naar de wol op katoen. Door het intensieve knopen van de dunne draden word de huid op de vingers steeds dunner, kortom ze verpest haar handen voor de toekomst. De zijde tapijten brengen goud geld op, letterlijk, maar bij de vraag van de jongeman aan de groep: ‘Wie wil 10.000 euro per maand verdienen en dit drie jaar doen?' Steekt niemand zijn hand op. De dame in kwestie krijgt dit bedrag helaas niet..
 
We worden door de rest van het bedrijf geleid en eerlijk is eerlijk, er zijn tapijten bij die ik zelfs in mijn huis zou willen hebben, mits ik een eigen huis had natuurlijk.. En geld op de bank maar dat is bijzaak.. We worden met een kopje Turkse thee in een ruimte gezet waar de oudere NederTurk leuk zijn verhaal doet en aan ons een kleedje probeert te slijten. Als zijn verhaal klaar is en de vloer als een moskee is bezaaid met kleurige tapijten, komen uit alle hoeken en gaten vertegenwoordigers om met ons een koop te sluiten. Bij sommige is dit uiteraard gelukt. Al heb ik het volste vertrouwen in de mensen van onze bus, dat dit met hun gezonde verstand is gebeurt en dat ze ook echt zo'n tapijt thuis willen hebben.
 
Pergamon
Pergamon werd voor de Hellenistische periode maar sporadisch genoemd. In 480 voor het jaar 0 schonk de Perzische koning de stad aan de Spartaan Demaratus. Na de dood van Alexander de Grote in 323 (voor het jaar 0) word de stad bekender. Lusimachus, een van de generaals, zou er een miljoenen schat hebben begraven en gaf de bewaking over aan Attalus Philetaerus. Nadat 'Lusi' was gestorven, eigende Attalus zich de schat toe en stichtte in 283 (voor 0) het rijk Pergamon. Hij zorgde voor een andere politiek en richtte deze meer op Rome. Met behulp van de Romeinen werd het gebied van de stad groter en reikte uiteindelijk tot aan de zee, 30 km verderop.
 
De stad werd dankzij de rijkdom en kunstzin een centrum van Hellenistische cultuur, een van de mooiste steden in de oude wereld. Er waren tempels, fonteinen, gymnasia en andere bouwwerken. De drie oorspronkelijke steden op de berg (335 meter hoog) werden doormiddel van trappen, terrassen en overdekte dubbele zuilengangen met elkaar verbonden.
 
De Akropolis Pergamon ligt op een heuvel hoog boven de tegenwoordige stad Bergama. Vroeger bestond deze handelsstad, bekent van Perkament (hence de naam) uit verschillende lagen. Een akropolis, een hoge stad, met publieke gebouwen zoals de Agora (marktplaats), het paleis, wapenarsenaal, bibliotheek, theater, de tempels van Dionysos en Athena Polias en het altaar van Zeus*. De middenstand met daaronder de gymnasiums en badhuizen en daaronder de necropolis, voor de rustige buren..
 
Olcay gaat weer voorop en verteld ons de geschiedenis van perkament (van leer) en hoe dit uiteindelijk resulteerde in de verfraaiing van de zuilen van de tempels en theaters. Zoals ooit geleerd; Dorische, Korintische en Ionische zuilen,verschillen allemaal qua kunstzinnige vormgeving. De Dorische zuil (pas veel later in de oudheid) was een 'saaie' zuil, rechttoe rechtaan. De Korintische zuil is een samenwerking van acantis bladeren (of eikenbladeren) die als een soort klimop de bovenkant van de zuil, het kapiteel, versieren. De Ionische zuil heeft een kapiteel die aan beide zijde gekruld is. Zoals; .. ja ja: perkament wat is opgerold...
We lopen langs de stukken zuilen, brokken steen, marmer en andere bouwstenen die ooit gestapeld stonden als een schitterende stad. Pergamon is vele malen mooier en intacter als Troje. We kunnen zelfs nog door een gesloten galerij lopen en kunnen mooi zien hoe de ronde daken zijn gebouwd.
Het gigantische theater ligt op de rug van de berg en is denk ik de grootste van alle oudheid steden in Turkije.
 
De overblijfselen van de bibliotheek maar nog belangrijker; de tempel van Athene is het pronkstuk van de stad.
De bieb was gesticht door Eumenes II en concureerde hiermee met de bieb in Alexandrie die papyrus gebruikte (gemaakt van riet). Er mocht dus geen papier naar Pergamon meer worden verscheept dus Eumenes moest wat anders verzinnen. De kundige Crates en Irodikos ontwierpen perkament. Perkament ging veel langer mee, was water en vuur-proof, plezierig voor de ogen tijdens het lezen en blijkt; bijna onverwoestbaar. (De eed van Hippocrates, de onafhankelijkheids verklaring van de VS, de eerste kopieen van de bijbel en koran, allemaal geschreven op perkament).
 
*Altaar van Zeus
We krijgen nog een uurtje vrij en we dwalen over de brokstukken langzaam naar beneden. Mutti en ik gaan, als we eigenlijk geen tijd meer hebben naar het altaar van Zeus. Meer dan 3 enorme pijnbomen en een fundering staan er helaas niet meer. het altaar waar ooit de voorstelling van de strijd tussen goden en giganten moesten weergeven, is verdwenen. Verdwenen naar Berlijn. (De Duitsers zijn nogal hebberig geweest) Het altaar werd opgericht door Attalus ter herinnering aan zijn overwinning op de Galaten, die in de reliefs werden gsymboliseerd door giganten.
 
Via de kabelbaan, waar we een fenomenaal uitzicht hebben over de verschillende niveaus van de stad en het stuwmeer, komen we aan bij de bus, als laatste. In Bergama rijden we langs een kollosale kerk, althans wat er van over is en gaan we richting de lunch. Weer een buffet met alle keuze in warm, koud en rauwkost. Dit keer zitten we naast Pim en zijn vrouw uit Hattemerbroek. Hij is al 73 (61 zou je ook geloven) en werkt nog steeds in zijn eigen-import zaak. Zijn zoon zal uiteindelijk alles overnemen en dan hij wil samen met zijn vrouw graag emigreren naar zijn dochter in de VS.
 
Na de lunch vertrekken we weer voor een lange rit (en een middag dutje) naar Kusidasi. We slapen dit keer in 5***** hotel Alkoclar. Twee grote torens bevestigen de entree en het lijkt iets weg te hebben van het Efteling hotel. Bij binnenkomst komen we een heus luxieus atrium binnen waar de vloer van marmer is en alles piekfijn. De liften gaan heel sci-fi met neonlicht onzichtbaar naar boven en beneden. Door de glazen wanden zie je de gasten staan. Een groot panorama uitzicht aan de achterkant van het atrium, geeft een uitzicht op zee en het eiland Samos. De kamers zijn op de zes niveaus allemaal gelegen aan de brede overlopen. In het restaurant een etage lager, is het een komen en gaan van Hollanders, Duitsers, Engelsen en zuid Koreanen. Het buffet zit fantastisch in elkaar en zonder schroom ga ik na mijn hoofdgerecht (ik mag maar 1x lopen) voor een vol bord met toetjes. Wat ik wel deel met mijn mutti.
 
We gaan weer op tijd naar onze kamer omdat we morgen weer rond een uur of 6 op moeten. Mutti is aan het klagen over de live muziek die natuurlijk door  het hele hotel galmt. Maar ja, we kunnen er niets aan doen. Na al het klagen valt ze al snel in een snurkend slaapje. Waarbij ik denk dat het geluid meer op de zenuwen werkt dan op het gehoor. Tot half 2 zit een groep Engelsen met een Eucalipta-dame aan de drank. Haar geniepige lachje weerkaats langs alle deuren en bereikt ook de onze.
Ik word wakker van een zere, onrustige maag. Mutti is ook wakker geworden van het hekse-lachje beneden in de lobby. "Ik ga even overgeven", zeg ik. Mijn maag  doet zeer en geeft daarmee altijd duidelijk aan dat het iets niet wil..
De muziek is gestopt, Eucalipta is naar haar kamer gevlogen, mijn maaginhoud is eruit en de pijn is weg. Truste
 
Kusidasi
5 februari
 
...
 

Maak jouw eigen website met JouwWeb