Sardinië, Italië 2012
Eindhoven - Alghero, 16 februari
Vandaag vroeg uit de veren, omdat er gisteren zo nodig een halve liter gedronken moest worden voor het slapen gaan.
Vandaag is ook de dag dat hubby en ik voor een kleine week naar Sardinië gaan, om te genieten van het Italiaanse landschap, wijn en eten. Onze vlucht is pas om tien over vier maar om 12 uur vertrekken we toch vanaf Utrecht Centraal, naar de luchthaven van Eindhoven. Gelukkig dit keer geen sneeuw op de rails, geen ProRail medewerkers in 'disstress' en geen managers van de afdeling planning die niet zijn geslaagd voor hun cursus logistiek. Geen vertragingen dit keer, dus ruim op tijd komen we op het station in Eindhoven aan. De bus met nummer 401, wat ons naar het vliegveld moet brengen heb ik in mijn hoofd geprent en met de nodige medewerking van het lot, staat deze keurig op ons te wachten en vertrekt kort nadat we zijn ingestapt. Halverwege durf ik nog te vragen of er ook nog iets ouds in de lichtstad staat, want het enige wat we door de busramen voorbij zien komen, zijn een nieuw Philips kantoor, een nieuw ogend PSV-stadion, een verbouwd en hip bedrijven terrein en naar het lijkt 4 Vinex wijken achter elkaar gebouwd. Misselijk van de rijstijl van de chauffeur stappen we uit en nemen een kijkje in het peper dure restaurant met ongemotiveerde personeel op de eerste etage van de luchthaven. Toch maar een soepje en een broodje want met Ryan Air (en voor een retourtje van 30 euro) hoef je natuurlijk geen droge cracker te verwachten. We hebben nog gespeurd in de zee onder ons naar een omgeslagen cruise boot. Maar verder dan een grote olie containerboot bij een eiland kwamen we niet.
Het vliegveld van Alghero is klein maar effectief. De auto verhuur bedrijven zitten keurig op een rij en we scoren wat plattegrondjes van het eiland en de omgeving bij de plaatselijke VVV. Staand (want in Italië is dat goedkoper) aan een toogje slaan we nog even (not done voor deze tijd van de dag) een capputje naar achter en sluiten ons aan bij de wachtende voor de bus die ons naar het historisch stadcentrum brengt. Lang leve de kopie stand van de iPad en de kleine route kaartjes. Alsof we de route al een paar keer hebben gelopen, wandelen we met onze trolleys rattelent over de oude steentjes achter ons, naar de geboekte accomodatie. 'Zo goedkoop mogelijk overnachten' is nog steeds mijn moto maar moeilijk te verkopen als je met een ander luxe paard op vakantie gaat. Ik denk de ideale middenweg te hebben gevonden in een pension. Ideaal gelegen aan een autoluwe weg aan de stadsmuur/boulevard bij het water. De zee ruist een aantal meter verder op en volgens beschrijvingen op internet moet dit hèt plekje zijn met de beste zonsondergangen. Voor 13 euro PP per nacht verwacht je natuurlijk niets. Althans, als je ooit de moeite hebt genomen om in een hostel te slapen of in een aftans pension waar de voetafdrukken van de vorige bewoner nog in de badmat staan en je een DNA laboratorium zou kunnen beginnen van alle achtergebleven haren en huidschilfers, weet je dat het eigenlijk niets kan zijn. We gaan uit van het ergste en ergens krijg ik al bijna spijt dat ik me weer als een jood heb gedragen om zo weinig mogelijk geld uit te geven. We komen aan bij Piazza Marco Polo en vinden ons adres achter een neutrale deurbel tussen 4 anderen. Een gemutste donkere goed terecht gekomen vluchteling, maakt ons wegwijs. Dan komt het moment van de waarheid en onze 'Diamanten' kamer wordt aan ons getoond. 'Wat een plaatje!' alles nieuw, alles schoon en ruim. Het enige wat we delen is de riante badkamer met bad, douche, bidet, toilet en wastafel waar de flesje badatributen al klaar staan. We hebben dan wel geen uitzicht op de historische uitkijktoren maar 1 stap buiten de deur is voldoende om onszelf met dezelfde euforie te vervullen.
We vragen onze gastheer een aanrader in de klasse 'betaalbare restaurants.' We komen aan bij "Il Theatro".
Pro secco van het huis, voorgerecht van huis, een broodmand voor een weeshuis met een tongstrelende olijfolie. Hubby gaat voor een Argentijnse koe en ik voor een huisgemaakte ravioli met ricotta en spinazie. Een rode en witte wijn wordt geschonken, die heerlijk combineert bij onze keuzes. De gastheer spreekt alleen Italiaans. Met de weinig woorden in deze taal weten wij ons ook aardig te redden. Zijn ene zoon staat in de keuken en de andere helpt in de bediening. We krijgen nog een kleine crème brulee als toe en onze dag Alghero kan niet meer stuk. Goede service en lekker eten met een gastvrije prijs. We staan te springen om morgen deze oude stad in de volle glorie van het zonnetje te ontdekken en willen kennis maken met nog meer van deze hartelijke mensen.
Alghero, 17 februari
Vandaag is ook de dag dat hubby en ik voor een kleine week naar Sardinië gaan, om te genieten van het Italiaanse landschap, wijn en eten. Onze vlucht is pas om tien over vier maar om 12 uur vertrekken we toch vanaf Utrecht Centraal, naar de luchthaven van Eindhoven. Gelukkig dit keer geen sneeuw op de rails, geen ProRail medewerkers in 'disstress' en geen managers van de afdeling planning die niet zijn geslaagd voor hun cursus logistiek. Geen vertragingen dit keer, dus ruim op tijd komen we op het station in Eindhoven aan. De bus met nummer 401, wat ons naar het vliegveld moet brengen heb ik in mijn hoofd geprent en met de nodige medewerking van het lot, staat deze keurig op ons te wachten en vertrekt kort nadat we zijn ingestapt. Halverwege durf ik nog te vragen of er ook nog iets ouds in de lichtstad staat, want het enige wat we door de busramen voorbij zien komen, zijn een nieuw Philips kantoor, een nieuw ogend PSV-stadion, een verbouwd en hip bedrijven terrein en naar het lijkt 4 Vinex wijken achter elkaar gebouwd. Misselijk van de rijstijl van de chauffeur stappen we uit en nemen een kijkje in het peper dure restaurant met ongemotiveerde personeel op de eerste etage van de luchthaven. Toch maar een soepje en een broodje want met Ryan Air (en voor een retourtje van 30 euro) hoef je natuurlijk geen droge cracker te verwachten. We hebben nog gespeurd in de zee onder ons naar een omgeslagen cruise boot. Maar verder dan een grote olie containerboot bij een eiland kwamen we niet.
Het vliegveld van Alghero is klein maar effectief. De auto verhuur bedrijven zitten keurig op een rij en we scoren wat plattegrondjes van het eiland en de omgeving bij de plaatselijke VVV. Staand (want in Italië is dat goedkoper) aan een toogje slaan we nog even (not done voor deze tijd van de dag) een capputje naar achter en sluiten ons aan bij de wachtende voor de bus die ons naar het historisch stadcentrum brengt. Lang leve de kopie stand van de iPad en de kleine route kaartjes. Alsof we de route al een paar keer hebben gelopen, wandelen we met onze trolleys rattelent over de oude steentjes achter ons, naar de geboekte accomodatie. 'Zo goedkoop mogelijk overnachten' is nog steeds mijn moto maar moeilijk te verkopen als je met een ander luxe paard op vakantie gaat. Ik denk de ideale middenweg te hebben gevonden in een pension. Ideaal gelegen aan een autoluwe weg aan de stadsmuur/boulevard bij het water. De zee ruist een aantal meter verder op en volgens beschrijvingen op internet moet dit hèt plekje zijn met de beste zonsondergangen. Voor 13 euro PP per nacht verwacht je natuurlijk niets. Althans, als je ooit de moeite hebt genomen om in een hostel te slapen of in een aftans pension waar de voetafdrukken van de vorige bewoner nog in de badmat staan en je een DNA laboratorium zou kunnen beginnen van alle achtergebleven haren en huidschilfers, weet je dat het eigenlijk niets kan zijn. We gaan uit van het ergste en ergens krijg ik al bijna spijt dat ik me weer als een jood heb gedragen om zo weinig mogelijk geld uit te geven. We komen aan bij Piazza Marco Polo en vinden ons adres achter een neutrale deurbel tussen 4 anderen. Een gemutste donkere goed terecht gekomen vluchteling, maakt ons wegwijs. Dan komt het moment van de waarheid en onze 'Diamanten' kamer wordt aan ons getoond. 'Wat een plaatje!' alles nieuw, alles schoon en ruim. Het enige wat we delen is de riante badkamer met bad, douche, bidet, toilet en wastafel waar de flesje badatributen al klaar staan. We hebben dan wel geen uitzicht op de historische uitkijktoren maar 1 stap buiten de deur is voldoende om onszelf met dezelfde euforie te vervullen.
We vragen onze gastheer een aanrader in de klasse 'betaalbare restaurants.' We komen aan bij "Il Theatro".
Pro secco van het huis, voorgerecht van huis, een broodmand voor een weeshuis met een tongstrelende olijfolie. Hubby gaat voor een Argentijnse koe en ik voor een huisgemaakte ravioli met ricotta en spinazie. Een rode en witte wijn wordt geschonken, die heerlijk combineert bij onze keuzes. De gastheer spreekt alleen Italiaans. Met de weinig woorden in deze taal weten wij ons ook aardig te redden. Zijn ene zoon staat in de keuken en de andere helpt in de bediening. We krijgen nog een kleine crème brulee als toe en onze dag Alghero kan niet meer stuk. Goede service en lekker eten met een gastvrije prijs. We staan te springen om morgen deze oude stad in de volle glorie van het zonnetje te ontdekken en willen kennis maken met nog meer van deze hartelijke mensen.
Alghero, 17 februari
Met een donkere, zoniet zwarte kamer, vind ik het moeilijk om te slapen. Ik kan me niet oriënteren en als ik wakker wordt heb ik geen idee van tijd. Mijn ogen kunnen niet wennen aan het licht en het duurt dan ook even voordat ik wakker wordt. Vannacht gelukkig geen trap met mijn knie onder het achterste van mijn geliefde gegeven maar blijkbaar wel een beetje gebromd. Op de boulevard gebruiken we als ontbijt een welkome cappucchino en besluiten we om er een croissant bij te gebruiken. Het laatste moeten we echt over laten aan de Fransen, want de Italianen bakken er letterlijk en figuurlijk helemáal niets van. Koude friet die tegen je gehemelte blijft plakken, is er niets bij.
Een wandeling langs de stadsmuur, brengt ons bij het informatie punt waar we helemaal warm lopen voor de dingen die er te zien zijn op het eiland. We hebben net per mail een auto gehuurd. Dit blijkt bij het binnenlopen van een autoverhuur bedrijf namelijk 150% goedkoper te zijn. Morgen gaan we dus op weg om naast de grote stad van het eiland, meer te verkennen dan het inmiddels vertrouwde uitzicht bij zee.
De wandeling langs de kust die ons van de stad vandaan leidt, biedt ons zicht op mooie residenties vol kleur. We draaien ons om, om de mooie boulevard met lindes en palmbomen te aanschouwen. Dezelfde locatie waar ons pension is gevestigd. Nog steeds trots op onze vondst, draaien we met een glimlach om en lopen verder in de felle winterzon. Na een pauze te hebben genomen op rotsblokken met uitzicht op de branding, wandelen we op het gemak naar een professionele strandtent die wordt bevolkt door verliefde stellen en een groep vrienden of collega's. We laten de informatie van de medewerkster van het informatiepunt op ons inwerken en maken een plan voor morgen.
Na een kleine siësta die we inlassen in de middag, 'we passen ons zo snel aan...', vertrekken we naar de supermarkt om een snack en een goeie plaatselijke wijn in te slaan. Die vinden we in een Le Arenarie, Alghero van het wijnhuis Sella & Mosca. Op de verdedigingsmuur naast het pension zitten we met een glas wijn de zonsondergang van Sardinië te bekijken. De lage wolken die aan het einde van de horizon hangen, zorgen voor een eerder ondergaande zon dan gepland. Bij het langs komen van de Polizia, zetten we schuldbewust onze glaasjes achter de tas, want ergens coulanter in dit soort zaken dan in Nederland, vinden we het denk ik niet snel. De fles is binnen een mum van tijd leeg en we kletsen alsof we onze eerste levensverhalen aan elkaar vertellen. Gedreven door de alcohol, honger naar eten en meer informatie, maken we de gang naar een hopelijk even goed restaurant als gisteren.
We strijken neer bij een plaatselijk restaurant aan de boulevard. We vinden een bijna zelfde fles wijn van het wijnhuis die we zojuist koud hebben gemaakt, bestellen er wat brood en olijfolie bij en hopen op wat meer gasten dan het door ons alleen gevulde restaurant. Hubby krijgt een mooie carpaccio, gevolgd door een ham pizza en ik ga voor de gnocci met iets van saus. 'Goed voorbeeld doet goed volgen en al snel druppelen de mensen binnen. 'Dutchies are everywere' en naast ons neemt dan ook een Hollands 50 plus stel plaats. De fles wijn houden we in ere. Met een cappu en een espresso (zoals het hoort) nemen we afscheid en noemen het de dag.
Een wandeling langs de stadsmuur, brengt ons bij het informatie punt waar we helemaal warm lopen voor de dingen die er te zien zijn op het eiland. We hebben net per mail een auto gehuurd. Dit blijkt bij het binnenlopen van een autoverhuur bedrijf namelijk 150% goedkoper te zijn. Morgen gaan we dus op weg om naast de grote stad van het eiland, meer te verkennen dan het inmiddels vertrouwde uitzicht bij zee.
De wandeling langs de kust die ons van de stad vandaan leidt, biedt ons zicht op mooie residenties vol kleur. We draaien ons om, om de mooie boulevard met lindes en palmbomen te aanschouwen. Dezelfde locatie waar ons pension is gevestigd. Nog steeds trots op onze vondst, draaien we met een glimlach om en lopen verder in de felle winterzon. Na een pauze te hebben genomen op rotsblokken met uitzicht op de branding, wandelen we op het gemak naar een professionele strandtent die wordt bevolkt door verliefde stellen en een groep vrienden of collega's. We laten de informatie van de medewerkster van het informatiepunt op ons inwerken en maken een plan voor morgen.
Na een kleine siësta die we inlassen in de middag, 'we passen ons zo snel aan...', vertrekken we naar de supermarkt om een snack en een goeie plaatselijke wijn in te slaan. Die vinden we in een Le Arenarie, Alghero van het wijnhuis Sella & Mosca. Op de verdedigingsmuur naast het pension zitten we met een glas wijn de zonsondergang van Sardinië te bekijken. De lage wolken die aan het einde van de horizon hangen, zorgen voor een eerder ondergaande zon dan gepland. Bij het langs komen van de Polizia, zetten we schuldbewust onze glaasjes achter de tas, want ergens coulanter in dit soort zaken dan in Nederland, vinden we het denk ik niet snel. De fles is binnen een mum van tijd leeg en we kletsen alsof we onze eerste levensverhalen aan elkaar vertellen. Gedreven door de alcohol, honger naar eten en meer informatie, maken we de gang naar een hopelijk even goed restaurant als gisteren.
We strijken neer bij een plaatselijk restaurant aan de boulevard. We vinden een bijna zelfde fles wijn van het wijnhuis die we zojuist koud hebben gemaakt, bestellen er wat brood en olijfolie bij en hopen op wat meer gasten dan het door ons alleen gevulde restaurant. Hubby krijgt een mooie carpaccio, gevolgd door een ham pizza en ik ga voor de gnocci met iets van saus. 'Goed voorbeeld doet goed volgen en al snel druppelen de mensen binnen. 'Dutchies are everywere' en naast ons neemt dan ook een Hollands 50 plus stel plaats. De fles wijn houden we in ere. Met een cappu en een espresso (zoals het hoort) nemen we afscheid en noemen het de dag.
Alghero - Castelsardo - Sasari, 18 februari
Op een lege maag vertrekken we naar het busstation bij het park, waar we met een beetje geluk de juiste vertrektijd inschatten. We slaan nog even een Italiaanse ochtend koffie achterover voordat we instappen. De buschauffeur heeft zo zijn eigen regels. Als iedereen dan ook is ingestapt stapt hij uit en neemt een rookpauze van 10 minuten. Even verderop minimaliseert het beetje sympathie wat ik voor de werkende man had tot nul. Nog even gebruik makend van zijn toeter rijd hij een hond aan..
Hij twijfelt of hij zal stoppen of niet. Een andere automobilist ontfermt zich al snel over de trappelende hond. Ik kijk 1 keer achterom om te zien wat er in hemelsnaam is gebeurt en zie dat een meneer naar de hond toeloopt. 'Voor de rest van mijn leven op mijn netvlies gegrift'. Mijn nietsvrezende en agressieve avatar zou de buschaufeur aan het einde van zijn rit in zijn gezicht gespuugd hebben, maar ja dat is mijn onderdrukte andere 'ik'. Met het zweet (van onmacht) op mijn neusvleugels probeer ik het voorval te vergeten en we gaan op weg naar de autoclub waar ze ons een Panda ipv een Peugeot meegeven en dat alles zonder ook maar een greintje klantenservice of wat voor andere vorm van vriendelijkheid dan ook.
We hebben een route gepland naar de grotten op een puntje van het eiland. Daar aangekomen, is de zon weg, zijn de tourkosten hoger dan ons culturele budget, hebben we om 12 uur nog geen caffiëne of voedsel tot ons mogen nemen en moeten we ook nog 30 minuten wachten totdat de excursie kan aanvangen. We laten het voor wat het is en gaan richting Porto Tórres. We waren al gewaarschuwd door de dame van het informatiepunt dat het vooral een industriestad is. Ze kon niet duidelijker zijn. 2 hoge rood-witte schoorstenen van E-on staan te blazen aan de kust. De oudste basilica van het eiland slaan we over en rijden door naar Castelsardo. Het wordt al vrij duidelijk dat het zomerseizoen hier top is. De B&B borden worden om de oren geslagen en overal worden de restaurants geprezen. In dít seizoen echter is bijna alles gesloten en geeft het geheel een verlaten indruk.
Castelsardo heeft een indrukwekkende oude stad boven op de berg. Daaronder is het volledig kleurenpallet van de plaatselijke verfwinkel gebruikt om de gevels te beschilderen. Verder is hier ook alles verlaten en alle horeca gelegenheden zijn gesloten.
Via een route door het binnenland proberen we een indruk te krijgen hoe de vegetatie en indeling van het landschap is. Via de kleine dorpjes Tergu, Sédini, Bulzi, Laerru, Nulvi en Osilo rijden we berg op berg af, slingeren we door schapenweides en komen we af en toe een treinspoor tegen. De siësta wordt hier trouw tussen 1 en half 5 gehouden en in de halve minuut dat we een stadscentrum doorkruisen zien we dan ook nooit meer dan 4 mensen.
Sasari is 1 van de grote steden en doet dienst als 'administratieve' stad op het eiland.
De bewegwijzering in de stad is erg slecht en ik ben het na 15 minuten dan ook beu om hier rond te rijden. Hubby geeft echter de moed niet op en als ras stadskind, beginnen zijn ogen dan ook te glunderen bij het zien van een èchte stad.
Voor de carnaval in het thuisland gevlucht, vallen we er hier met onze neus middenin. Op het Piazza Italia liggen de kinderkopjes al bezaaid met confetti en komt de optocht met verkleden mensen, kinderen en praalwagens met muziek op gang. We schuifelen door de mensenmenigte en lopen verder de avond in.
Omdat we een Italiaans wijntje bij het eten erg kunnen waarderen maar omdat de combinatie van autorijden en alcohol drinken wat verkeerd kan vallen, rijden we terug naar Alghero. Een eerder gespot druk restaurant (en dat is nogal wat voor de tijd van het jaar) lokt ons binnen met een aparte menukaart. We kiezen weer voor een Vermentino van wijnhuis Sella & Mosca en begraven ons in het broodmandje met een heerlijk dipkommetje vol met olijfolie en een snufje zout. 'Wat kan het leven toch heerlijk simpel zijn.' Een Engelse kaart hebben ze niet omdat ze dagelijks de gerechten bepalen. Vertalen is ook wat moeilijk dus hubby krijgt een bord met iets van vlees, wat volgens hem (h)eerlijk smaakt. Ik ga voor een kort gekookte pasta met de juiste hoeveelheid aan kruiden, knoflook en bloemkool. Ik had het recept nooit verzonnen maar de combinatie van mini roosjes knapperige groenten met op de juiste manier gekookte witte lintjes is 'perfecto'. Omdat het restaurant met liefde alle plaatselijke heerlijkheden uitdraagt en wij ons graag verdiepen in de locale eetcultuur, bestellen we nog 2 verassende dessertjes. De sinaasappel pannacotta vinden we beide iets te zuur maar het zoete pistache noten cakje met slagroom, doet de vingers aflikken.
De uitzichten vandaag waren even wat minder maar de wijn en spijs maken het meer dan goed.
Alghero - Bosa - Oristano, 19 feb,
Hij twijfelt of hij zal stoppen of niet. Een andere automobilist ontfermt zich al snel over de trappelende hond. Ik kijk 1 keer achterom om te zien wat er in hemelsnaam is gebeurt en zie dat een meneer naar de hond toeloopt. 'Voor de rest van mijn leven op mijn netvlies gegrift'. Mijn nietsvrezende en agressieve avatar zou de buschaufeur aan het einde van zijn rit in zijn gezicht gespuugd hebben, maar ja dat is mijn onderdrukte andere 'ik'. Met het zweet (van onmacht) op mijn neusvleugels probeer ik het voorval te vergeten en we gaan op weg naar de autoclub waar ze ons een Panda ipv een Peugeot meegeven en dat alles zonder ook maar een greintje klantenservice of wat voor andere vorm van vriendelijkheid dan ook.
We hebben een route gepland naar de grotten op een puntje van het eiland. Daar aangekomen, is de zon weg, zijn de tourkosten hoger dan ons culturele budget, hebben we om 12 uur nog geen caffiëne of voedsel tot ons mogen nemen en moeten we ook nog 30 minuten wachten totdat de excursie kan aanvangen. We laten het voor wat het is en gaan richting Porto Tórres. We waren al gewaarschuwd door de dame van het informatiepunt dat het vooral een industriestad is. Ze kon niet duidelijker zijn. 2 hoge rood-witte schoorstenen van E-on staan te blazen aan de kust. De oudste basilica van het eiland slaan we over en rijden door naar Castelsardo. Het wordt al vrij duidelijk dat het zomerseizoen hier top is. De B&B borden worden om de oren geslagen en overal worden de restaurants geprezen. In dít seizoen echter is bijna alles gesloten en geeft het geheel een verlaten indruk.
Castelsardo heeft een indrukwekkende oude stad boven op de berg. Daaronder is het volledig kleurenpallet van de plaatselijke verfwinkel gebruikt om de gevels te beschilderen. Verder is hier ook alles verlaten en alle horeca gelegenheden zijn gesloten.
Via een route door het binnenland proberen we een indruk te krijgen hoe de vegetatie en indeling van het landschap is. Via de kleine dorpjes Tergu, Sédini, Bulzi, Laerru, Nulvi en Osilo rijden we berg op berg af, slingeren we door schapenweides en komen we af en toe een treinspoor tegen. De siësta wordt hier trouw tussen 1 en half 5 gehouden en in de halve minuut dat we een stadscentrum doorkruisen zien we dan ook nooit meer dan 4 mensen.
Sasari is 1 van de grote steden en doet dienst als 'administratieve' stad op het eiland.
De bewegwijzering in de stad is erg slecht en ik ben het na 15 minuten dan ook beu om hier rond te rijden. Hubby geeft echter de moed niet op en als ras stadskind, beginnen zijn ogen dan ook te glunderen bij het zien van een èchte stad.
Voor de carnaval in het thuisland gevlucht, vallen we er hier met onze neus middenin. Op het Piazza Italia liggen de kinderkopjes al bezaaid met confetti en komt de optocht met verkleden mensen, kinderen en praalwagens met muziek op gang. We schuifelen door de mensenmenigte en lopen verder de avond in.
Omdat we een Italiaans wijntje bij het eten erg kunnen waarderen maar omdat de combinatie van autorijden en alcohol drinken wat verkeerd kan vallen, rijden we terug naar Alghero. Een eerder gespot druk restaurant (en dat is nogal wat voor de tijd van het jaar) lokt ons binnen met een aparte menukaart. We kiezen weer voor een Vermentino van wijnhuis Sella & Mosca en begraven ons in het broodmandje met een heerlijk dipkommetje vol met olijfolie en een snufje zout. 'Wat kan het leven toch heerlijk simpel zijn.' Een Engelse kaart hebben ze niet omdat ze dagelijks de gerechten bepalen. Vertalen is ook wat moeilijk dus hubby krijgt een bord met iets van vlees, wat volgens hem (h)eerlijk smaakt. Ik ga voor een kort gekookte pasta met de juiste hoeveelheid aan kruiden, knoflook en bloemkool. Ik had het recept nooit verzonnen maar de combinatie van mini roosjes knapperige groenten met op de juiste manier gekookte witte lintjes is 'perfecto'. Omdat het restaurant met liefde alle plaatselijke heerlijkheden uitdraagt en wij ons graag verdiepen in de locale eetcultuur, bestellen we nog 2 verassende dessertjes. De sinaasappel pannacotta vinden we beide iets te zuur maar het zoete pistache noten cakje met slagroom, doet de vingers aflikken.
De uitzichten vandaag waren even wat minder maar de wijn en spijs maken het meer dan goed.
Alghero - Bosa - Oristano, 19 feb,
In een verblindende zon treden we weer buiten ons ideaal gelegen pension aan zee. Maar het zou geen zondag zijn, om de morgen hetzelfde te beginnen als de rest van de week. Bij de plaatselijke supermarkt halen we onze lunch en staan we even later bijna kwijlend de vitrines van een bakkerij in te kijken. Chocolade, cakes, tiramisus, taarten, eclairs, truffels en minidesserts, roepen allen: "neem ons mee" en wie zijn wij om daar niet naar te luisteren? Hubby kiest een paar van ieder; een chocolade truffeltje met een sinaasappel twist, een hapje tiramisu met een koekjesbodem voor de stabiliteit en een fruitig zacht gepoedersuikerd soesje. Dit is natuurlijk geen ontbijt, dus we bestellen een croissant als basis bij de cappu en de latte macchiato.
Met de suikerspiegel op peil, halen we onze grijze Panda van de parking en vinden we ons even later uitkijkend over een verlaten route langs zee. Het water is kristalhelder en heeft een azuur blauwe kleur. Aan de landzijde is er geen bebouwing en de schepsels die we zien zijn vooral schaapjes met haar en niet met de gebruikelijke wol. 3 koetjes liggen gelukkig naast de weg te herkauwen ipv dat ze net na de bocht op de weg staan. Bij Bosa aangekomen moeten we ook hier bevestigen dat het in de zomer leuk, druk en gezellig toeven is bij zee. Nu is het verlaten en alles is dicht.
We zijn het niet met elkaar eens, als de ene naar Caglieri wil en de ander niet. Landinwaarts vertrekken we dan ook eerst naar Macomer om vanuit daar de b-wegen achter te laten en ons op de snelweg te voegen. In het midden van het eiland lijkt het gelegen Oristano een iets grotere stad. We kiezen daarvoor. Daar aangekomen is het een drukte van belang. Wij willen even een wandeling door het stadscentrum maken maar door alle drukte blijkt dit geen gewone zondag te zijn. We zijn, alsof we het van tevoren wisten, precies op de dag aangekomen dat de plaatselijke bevolking 'Sa Sartiglia' viert; het hoogst aangeschreven festival van het jaar, ontstaan uit historische gebeurtenissen en culturele tradities. De pleinen en markten staan vol met kraampjes die de buiken van de bezoekers vullen met plaatselijke vlees broodjes, BBQ's, zoetigheden en drankkraampjes. De dames lopen in kledendracht en staan fotogeniek met elkaar in groepjes te praten. Via tromgeroffel en trompetgeschetter worden we naar een festiviteit getrokken. Tribunes op de pleinen zitten vol met mensen. Ze hebben het fantastische uitzicht over een straat die is afgezet met hekken, balen stro en die bedolven is onder een laag zand. Een ruiter gekleed in een nostalgische kostuum met een masker en zwarte hoed, drijft zijn opgesierde paard voort. Het paard is behangen met kleurrijke rozetten en de belletje om zijn nek rinkelen als hij in rengalop door de straat komt gedenderd. De ruiter probeert zijn lans in de hoog hangende ring te steken. Het duo wordt aangemoedigd door het plaatselijke blaaskapel. De menigte veert op, klapt en joelt luid als het hem daadwerkelijk lukt. Een blik in ons infoboekje over de stad leert ons dat in de 15de eeuw, arme boeren en staljongens zeker zo goed konden rijden als hun meester of hun heer. Het werd hen echter niet toegestaan om te rijden langs de stadmuren ter verdeding. Ze werden beperkt in hun vrijheid en de plaatselijke 'Aragon' werd hierdoor dan ook bijzonder gehaat. Ze botvierde hun frustratie door als acrobaten tijdens de carnaval hun kunsten op te voeren en hiermee hun kunde te tonen. Laat in de 15de eeuw, op elke laatste zondag van carnaval mochten ze uiteindelijk meedoen aan een test. Gehuld in rijkelijk versierde kostuum en gezicht verhuldende maskers konden ze zo 'metaforisch' worden gekozen als heer of heerser van de Oristano Giudici.
Rond 5 uur begint een ander hoogtepunt van de dag. Door een afgezette straat hebben we vanaf onze hooibaal in de zon (en zo'n 18 graden) het perfecte zicht over de stellen en families in klederdracht die langs komen geparadeerd. De stoet wordt afgesloten door de 30-tal paarden trio's met hun ruiters. De ruiters cq acrobaten voeren daarna hun kunsten op. Dat het niet altijd goed gaat blijkt als 2 ruiters na een ongecontroleerde salto van hun galopperende paard in het zand happen. De paarden wachten uiteraard niet op hun berijders en spurten zo snel als ze kunnen van het parcours af. Achter ons vindt in de tussentijd een klein dans optreden plaats van de plaatselijke 'dansmariekes'. De heren in kwestie zijn van middelbare leeftijd en hebben alles behalve een historisch kostuum aan. Ze zijn gehesen in een vrouwelijke rokje met huidkleurig dikmaak pak, vast gegespte bh en een indianen tooi op hun hoofd.
Rond een uur of 7 is het toernooi afgelopen en krijgen we een ere rondje toebedeeld als laatste traktatie. De gemiddelde Italiaan staat met zijn flesje wijn en plastic bekertje aan de straatkant zijn carnaval te vieren. Wij gaan op deze on-hemische tijd een pizza scoren.
Alghero - Stintino, 20 februari
Met de suikerspiegel op peil, halen we onze grijze Panda van de parking en vinden we ons even later uitkijkend over een verlaten route langs zee. Het water is kristalhelder en heeft een azuur blauwe kleur. Aan de landzijde is er geen bebouwing en de schepsels die we zien zijn vooral schaapjes met haar en niet met de gebruikelijke wol. 3 koetjes liggen gelukkig naast de weg te herkauwen ipv dat ze net na de bocht op de weg staan. Bij Bosa aangekomen moeten we ook hier bevestigen dat het in de zomer leuk, druk en gezellig toeven is bij zee. Nu is het verlaten en alles is dicht.
We zijn het niet met elkaar eens, als de ene naar Caglieri wil en de ander niet. Landinwaarts vertrekken we dan ook eerst naar Macomer om vanuit daar de b-wegen achter te laten en ons op de snelweg te voegen. In het midden van het eiland lijkt het gelegen Oristano een iets grotere stad. We kiezen daarvoor. Daar aangekomen is het een drukte van belang. Wij willen even een wandeling door het stadscentrum maken maar door alle drukte blijkt dit geen gewone zondag te zijn. We zijn, alsof we het van tevoren wisten, precies op de dag aangekomen dat de plaatselijke bevolking 'Sa Sartiglia' viert; het hoogst aangeschreven festival van het jaar, ontstaan uit historische gebeurtenissen en culturele tradities. De pleinen en markten staan vol met kraampjes die de buiken van de bezoekers vullen met plaatselijke vlees broodjes, BBQ's, zoetigheden en drankkraampjes. De dames lopen in kledendracht en staan fotogeniek met elkaar in groepjes te praten. Via tromgeroffel en trompetgeschetter worden we naar een festiviteit getrokken. Tribunes op de pleinen zitten vol met mensen. Ze hebben het fantastische uitzicht over een straat die is afgezet met hekken, balen stro en die bedolven is onder een laag zand. Een ruiter gekleed in een nostalgische kostuum met een masker en zwarte hoed, drijft zijn opgesierde paard voort. Het paard is behangen met kleurrijke rozetten en de belletje om zijn nek rinkelen als hij in rengalop door de straat komt gedenderd. De ruiter probeert zijn lans in de hoog hangende ring te steken. Het duo wordt aangemoedigd door het plaatselijke blaaskapel. De menigte veert op, klapt en joelt luid als het hem daadwerkelijk lukt. Een blik in ons infoboekje over de stad leert ons dat in de 15de eeuw, arme boeren en staljongens zeker zo goed konden rijden als hun meester of hun heer. Het werd hen echter niet toegestaan om te rijden langs de stadmuren ter verdeding. Ze werden beperkt in hun vrijheid en de plaatselijke 'Aragon' werd hierdoor dan ook bijzonder gehaat. Ze botvierde hun frustratie door als acrobaten tijdens de carnaval hun kunsten op te voeren en hiermee hun kunde te tonen. Laat in de 15de eeuw, op elke laatste zondag van carnaval mochten ze uiteindelijk meedoen aan een test. Gehuld in rijkelijk versierde kostuum en gezicht verhuldende maskers konden ze zo 'metaforisch' worden gekozen als heer of heerser van de Oristano Giudici.
Rond 5 uur begint een ander hoogtepunt van de dag. Door een afgezette straat hebben we vanaf onze hooibaal in de zon (en zo'n 18 graden) het perfecte zicht over de stellen en families in klederdracht die langs komen geparadeerd. De stoet wordt afgesloten door de 30-tal paarden trio's met hun ruiters. De ruiters cq acrobaten voeren daarna hun kunsten op. Dat het niet altijd goed gaat blijkt als 2 ruiters na een ongecontroleerde salto van hun galopperende paard in het zand happen. De paarden wachten uiteraard niet op hun berijders en spurten zo snel als ze kunnen van het parcours af. Achter ons vindt in de tussentijd een klein dans optreden plaats van de plaatselijke 'dansmariekes'. De heren in kwestie zijn van middelbare leeftijd en hebben alles behalve een historisch kostuum aan. Ze zijn gehesen in een vrouwelijke rokje met huidkleurig dikmaak pak, vast gegespte bh en een indianen tooi op hun hoofd.
Rond een uur of 7 is het toernooi afgelopen en krijgen we een ere rondje toebedeeld als laatste traktatie. De gemiddelde Italiaan staat met zijn flesje wijn en plastic bekertje aan de straatkant zijn carnaval te vieren. Wij gaan op deze on-hemische tijd een pizza scoren.
Alghero - Stintino, 20 februari
- Een pannenkoekje met een Nutella vulling -.
Als we onze 'stoute' ontbijt aan het afrekenen zijn, worden we aangesproken door een Belgisch echtpaar: 'Hoe het met onze prins is?' 'Onze prins, welke prins?' 'Prins Friso'. 'Wat is er met prins Friso?
Als we onze 'stoute' ontbijt aan het afrekenen zijn, worden we aangesproken door een Belgisch echtpaar: 'Hoe het met onze prins is?' 'Onze prins, welke prins?' 'Prins Friso'. 'Wat is er met prins Friso?
'Die heeft onder een lawine gelegen!'
De Italianen lopen hier behoorlijk achter met hun wifi en sinds vrijdagochtend hebben we geen internet kunnen vinden. Kort gezegd zijn we een beetje van de buitenwereld afgesloten en weten dan ook niet wat er in de wereld speelt. We vragen aan de Belgen wat het verhaal is en ze vertellen ons het verontrustende verhaal van zuurstof gebrek, kunstmatige coma en eventuele hersenschade. Al scannend lopen we 5 minuten later met onze smartphone en iPad de straten af te struinen naar een onbeschermde verbinding. Als we 20 minuten later nog niets hebben kunnen ontdekken, bellen we maar naar huis om de juiste stand van zaken te krijgen.
Op de hoogte van alle zaken zoeken wij met de Panda onze weg dit keer naar het noordwesten van het eiland. Via weinig bereden wegen rijden we langs slecht onderhouden boerderijen en verwaarloosde huizen. Een klein bruin hondje is blijkbaar geen auto gewend want hij probeert zijn territorium dan ook te bewaken door midden op de weg te blijven staan. We rijden ongeveer 20 km per uur en sluipen langzaam dichterbij. Het hondje beseft dat de Panda groter is dan hijzelf en besluit om plaats te maken. Niet veel later komt uit een beboste berm een grote witte hond aan gerend. Onze snelheid ligt nu rond de 70 km/pu en als reactie buig ik in de auto naar links. Ook hubby die het stuur in handen heeft, geeft als reactie een slinger aan het stuur en ontwijkt de hond. Beide volledig wakker, alerter dan na 10 koppen koffie en een lichte hartaanval verder rijden we verder naar Stintino.
Bij een klein schiereilandje wat uit kleine wit gesleten kiezels bestaat, hebben we een fotosessie met het blauwe water, de felle wolkjes, de paarse heide en de schattige steigerhouten huisjes. In de verte staat een groep roze flamingo's de natuur nog meer kleur te geven.
Bij het inrijden van het havenplaatsje moeten we ook hier weer onderkennen dat dit fantastisch zal zijn in een drukke zomer. De boulevard is mooi aangelegd, het strand is bijzonder aanlokkelijk, verschillende (gesloten) strandtenten staan op de meest panoramische punten en het water is blauw.
Op de plek tussen Sardegna (Sardinie) en Isola Piana ligt 'Torre Pelosa'. Dit kleine eilandje, waar een oude wachttoren op staat heeft de mooiste kleur water die we ooit in Europa hebben gezien. Het water is turkoois en de stroming rond het toreneilandje draait als de tijd mee.
Op het noordwestelijke puntje, Di Capo Falcone, zien we verderop nog een dorp liggen. Echter op de kaart is hier niets van te vinden. We besluiten om een kijkje te nemen en komen aan in een spookdorp. Nogmaals, in de zomer zal het een florerend toeristendorp zijn, vol met gebruinde mensen, spelende kinderen en ijsco kraampjes. Op dit moment is het niet meer dan een verlaten filmset. Onze fantasie gaat er sneller vandoor, dan dat we de auto uit het park kunnen sturen.
De route terug naar ons 'eigen' stadje brengt ons langs licht heuvelachtige beelden. Grote stenen zorgen voor een afwisseling in het landschap en voor de boeren waarschijnlijk voor heel wat frustratie. In mijn ooghoek zie ik een klein zwart vogeltje onder de auto vliegen. Uit reflex reageer ik hier op met een beweging, alsof dat wat uithaalt. Hubby schijnt niets door te hebben en ik kijk hem zijdelings aan. 'Je rijdt een vogeltje dood hoor!', zeg ik. Ik zie tegelijkertijd in mijn achteruitkijkspiegel een hopeloos zwart bolletje over de weg heen tuimelen. 'Rij maar naar achter, dan haal ik hem wel van de weg voordat er nog 20x overheen wordt gereden', zeg ik. Ik vindt het al verschrikkelijk dat een klein vogeltje onschuldig moet lijden, maar het dan ook nog laten liggen en ingereden laten worden mèt het asfalt vind ik altijd zo sneu. Er rijd niemand op de weg. Hubby zet de auto in zijn achteruit. Nog 70 meter, nog 50 meter, het zwarte bolletje komt weer in zicht. Nog 30 meter. Met mijn hand reik ik al naar de deurvergrendeling. Nog 25 meter. We kijken beide over onze schouder en zien ons slachtoffer dichterbij komen. 'Misschien is het maar licht gewond en kan ik het door in de berm te leggen?' 2 grote zwarte roofvogels komen op dat moment aangevlogen en plukken zo ons vogeltje van de weg...
De auto staat stil. We kijken elkaar aan. Ik zit met een pruil lip, hij met een blik vol ongeloof. 'Gebeurde dat nu echt?'
We schieten beide onbedoeld in de lach, arm vogeltje.
Alghero - Eindhoven, 21 februari
De Italianen lopen hier behoorlijk achter met hun wifi en sinds vrijdagochtend hebben we geen internet kunnen vinden. Kort gezegd zijn we een beetje van de buitenwereld afgesloten en weten dan ook niet wat er in de wereld speelt. We vragen aan de Belgen wat het verhaal is en ze vertellen ons het verontrustende verhaal van zuurstof gebrek, kunstmatige coma en eventuele hersenschade. Al scannend lopen we 5 minuten later met onze smartphone en iPad de straten af te struinen naar een onbeschermde verbinding. Als we 20 minuten later nog niets hebben kunnen ontdekken, bellen we maar naar huis om de juiste stand van zaken te krijgen.
Op de hoogte van alle zaken zoeken wij met de Panda onze weg dit keer naar het noordwesten van het eiland. Via weinig bereden wegen rijden we langs slecht onderhouden boerderijen en verwaarloosde huizen. Een klein bruin hondje is blijkbaar geen auto gewend want hij probeert zijn territorium dan ook te bewaken door midden op de weg te blijven staan. We rijden ongeveer 20 km per uur en sluipen langzaam dichterbij. Het hondje beseft dat de Panda groter is dan hijzelf en besluit om plaats te maken. Niet veel later komt uit een beboste berm een grote witte hond aan gerend. Onze snelheid ligt nu rond de 70 km/pu en als reactie buig ik in de auto naar links. Ook hubby die het stuur in handen heeft, geeft als reactie een slinger aan het stuur en ontwijkt de hond. Beide volledig wakker, alerter dan na 10 koppen koffie en een lichte hartaanval verder rijden we verder naar Stintino.
Bij een klein schiereilandje wat uit kleine wit gesleten kiezels bestaat, hebben we een fotosessie met het blauwe water, de felle wolkjes, de paarse heide en de schattige steigerhouten huisjes. In de verte staat een groep roze flamingo's de natuur nog meer kleur te geven.
Bij het inrijden van het havenplaatsje moeten we ook hier weer onderkennen dat dit fantastisch zal zijn in een drukke zomer. De boulevard is mooi aangelegd, het strand is bijzonder aanlokkelijk, verschillende (gesloten) strandtenten staan op de meest panoramische punten en het water is blauw.
Op de plek tussen Sardegna (Sardinie) en Isola Piana ligt 'Torre Pelosa'. Dit kleine eilandje, waar een oude wachttoren op staat heeft de mooiste kleur water die we ooit in Europa hebben gezien. Het water is turkoois en de stroming rond het toreneilandje draait als de tijd mee.
Op het noordwestelijke puntje, Di Capo Falcone, zien we verderop nog een dorp liggen. Echter op de kaart is hier niets van te vinden. We besluiten om een kijkje te nemen en komen aan in een spookdorp. Nogmaals, in de zomer zal het een florerend toeristendorp zijn, vol met gebruinde mensen, spelende kinderen en ijsco kraampjes. Op dit moment is het niet meer dan een verlaten filmset. Onze fantasie gaat er sneller vandoor, dan dat we de auto uit het park kunnen sturen.
De route terug naar ons 'eigen' stadje brengt ons langs licht heuvelachtige beelden. Grote stenen zorgen voor een afwisseling in het landschap en voor de boeren waarschijnlijk voor heel wat frustratie. In mijn ooghoek zie ik een klein zwart vogeltje onder de auto vliegen. Uit reflex reageer ik hier op met een beweging, alsof dat wat uithaalt. Hubby schijnt niets door te hebben en ik kijk hem zijdelings aan. 'Je rijdt een vogeltje dood hoor!', zeg ik. Ik zie tegelijkertijd in mijn achteruitkijkspiegel een hopeloos zwart bolletje over de weg heen tuimelen. 'Rij maar naar achter, dan haal ik hem wel van de weg voordat er nog 20x overheen wordt gereden', zeg ik. Ik vindt het al verschrikkelijk dat een klein vogeltje onschuldig moet lijden, maar het dan ook nog laten liggen en ingereden laten worden mèt het asfalt vind ik altijd zo sneu. Er rijd niemand op de weg. Hubby zet de auto in zijn achteruit. Nog 70 meter, nog 50 meter, het zwarte bolletje komt weer in zicht. Nog 30 meter. Met mijn hand reik ik al naar de deurvergrendeling. Nog 25 meter. We kijken beide over onze schouder en zien ons slachtoffer dichterbij komen. 'Misschien is het maar licht gewond en kan ik het door in de berm te leggen?' 2 grote zwarte roofvogels komen op dat moment aangevlogen en plukken zo ons vogeltje van de weg...
De auto staat stil. We kijken elkaar aan. Ik zit met een pruil lip, hij met een blik vol ongeloof. 'Gebeurde dat nu echt?'
We schieten beide onbedoeld in de lach, arm vogeltje.
Alghero - Eindhoven, 21 februari
'Oh, we gaan deze zon nog missen in Nederland'. We stappen ons pensionnetje voor de laatste keer uit. Het oogverblindende licht wat ons tegemoed straalt, wend nog steeds niet. De keus over ons ontbijt adresje hebben we al snel gemaakt. Op het terras bestellende we de gebruikelijke koffies en voor de laatste keer een 'crêpe con Nutella', die we samen delen. Zonder aarzeling bestel ik in het perfect (denk ik) Italiaans de bestelling en we rekenen af.
Op weg naar de luchthaven wil ik eigenijk nog een laatste 5 euro aan benzine in de tank gooien. De auto moet retour met een volle tank. En met vol bedoelen ze ook vol. Onderweg vinden we echter niets meer en besluiten dan maar om het risico te nemen. Bij de controle van de auto, gelukkig weer zonder kras afgeleverd want zonder verzekering kan dat aardig in de papieren lopen.., merkt de service-loze meneer op dat de tank niet helemaal vol is. Of we even 5 km willen rijden om hem te vullen? 'Ja, natuurlijk willen we dat.' Balend van het feit dat ik tegen beter weten in de auto zo in wilde leveren, leggen we de koffers weer op de achterbank, rijden we de auto van het vliegveld terrein en gaan op weg naar een tankstation. 8 euro verder, keren we weer terug en zeggen Panda nu echt voor de laatste keer gedag.
In de vertrekhal worden we omringd door ontsnapte carnavaleske Brabanders en Limburgers.
Voordat we het eiland afvliegen, zien we het terrein van wijnhuis Sella & Mosca waar we gisteren nog een bezoek aan hebben gebracht. Het turkoois water bij Stintino ziet er nog schitterender uit van deze hoogte. We zwaaien naar onze vrienden als we de baai van St. Tropez herkennen en vergapen ons aan de machtige witte Alpen. Europa is toch wel heel mooi.
Op weg naar de luchthaven wil ik eigenijk nog een laatste 5 euro aan benzine in de tank gooien. De auto moet retour met een volle tank. En met vol bedoelen ze ook vol. Onderweg vinden we echter niets meer en besluiten dan maar om het risico te nemen. Bij de controle van de auto, gelukkig weer zonder kras afgeleverd want zonder verzekering kan dat aardig in de papieren lopen.., merkt de service-loze meneer op dat de tank niet helemaal vol is. Of we even 5 km willen rijden om hem te vullen? 'Ja, natuurlijk willen we dat.' Balend van het feit dat ik tegen beter weten in de auto zo in wilde leveren, leggen we de koffers weer op de achterbank, rijden we de auto van het vliegveld terrein en gaan op weg naar een tankstation. 8 euro verder, keren we weer terug en zeggen Panda nu echt voor de laatste keer gedag.
In de vertrekhal worden we omringd door ontsnapte carnavaleske Brabanders en Limburgers.
Voordat we het eiland afvliegen, zien we het terrein van wijnhuis Sella & Mosca waar we gisteren nog een bezoek aan hebben gebracht. Het turkoois water bij Stintino ziet er nog schitterender uit van deze hoogte. We zwaaien naar onze vrienden als we de baai van St. Tropez herkennen en vergapen ons aan de machtige witte Alpen. Europa is toch wel heel mooi.